Uitspraak
bij de kantonrechter: eiseres,
Woonborg,
1.[geopposeerde1] ,
[geopposeerde1],
[geopposeerde2],
[geopposeerden] c.s.,
1.Het verdere verloop van de procedure in verzet
2. Waar gaat het in deze zaak over2.1 [geopposeerden] c.s. huren vanaf 1986 de woning van Woonborg aan het adres [a-straat] 48
3.De beoordeling van de vorderingen van Woonborg3.1 In deze fase van de procedure staat niet meer ter discussie dat de vorderingen van Woonborg tot betaling van de achterstallige huur, wettelijke rente en buitengerechtelijke kosten toewijsbaar zijn. Het gaat er nog slechts om of de vordering tot ontbinding en de daaruit voortvloeiende vorderingen tot ontruiming en schadevergoeding toewijsbaar zijn.
‘
5.6 Naar het oordeel van het hof rechtvaardigt het feit dat [geopposeerde1] de huur heeft ingehouden de ontbinding van de huurovereenkomst niet. Het hof neemt daarbij in aanmerking dat de inhouding van de huur een reactie is op de toerekenbare tekortkoming van Woonborg en bedoeld is om Woonborg te bewegen een en ander recht te zetten, dat [geopposeerde1] zich steeds bereid heeft verklaard alsnog te betalen wanneer Woonborg met een oplossing zou komen en aannemelijk heeft gemaakt dat hij na het vonnis van de kantonrechter de volledige openstaande huur alsnog heeft betaald. Bovendien staat vast dat [geopposeerde1] de woning al enkele tientallen jaren van Woonborg huurt, terwijl niet aannemelijk is geworden dat hij eerder in zijn verplichting tot huurbetaling is tekortgeschoten. Er is dan ook sprake van een incident, waartoe Woonborg de aanleiding heeft gegeven.’
‘
Tijdens ons gesprek heb ik, u en uw vrouw namens Woonborg mijn excuses gemaakt. Wij hebben steken laten vallen in de communicatie en dat spijt ons enorm.’