Uitspraak
[appellant],
de stichting,
1.Het verdere procesverloop in hoger beroep
2.Waar gaat deze procedure over?
3.De vaststaande feiten
[G] van de stichting anderzijds tot overeenstemming te komen, hetgeen niet is gelukt. Tijdens de voortzetting van het kort geding hebben partijen op 29 mei 2019 ter beëindiging van hun geschil een vaststellingsovereenkomst gesloten. In die overeenkomst is onder meer opgenomen dat alle contacten over inhoudelijke zaken betreffende de dienstverleningsovereenkomst zullen plaatsvinden via een medewerker van cliëntenorganisatie Zorgbelang Fryslan (hierna: Zorgbelang).
23 augustus 2019 ermee heeft ingestemd dat de evaluatiegesprekken en de besprekingen in het kader van het ondersteuningsplan met een andere locatiecoördinator worden gevoerd mits [appellant] op constructieve wijze meewerkt aan de uitvoering van de vaststellingsovereenkomst.
20 april 2020 is daartoe tussen Stifting Ouderinitiatief Grutsk (hierna: stichting Grutsk) en Hegie & Hegie Vastgoed B.V. (hierna: Hegie & Hegie) een samenwerkingsovereenkomst gesloten. Ten tijde van de zitting bij de voorzieningenrechter op 18 juni 2020 was de verwachting dat de eind mei 2020 aangevangen bouw van deze woonvoorziening ongeveer een jaar in beslag zou nemen. In hoger beroep heeft [appellant] een brief van Hegie & Hegie in het geding gebracht, waaruit volgt dat zij de opzegging van de samenwerkingsovereenkomst door het bestuur van stichting Grutsk heeft ontvangen en dat zij de beëindiging van de samenwerking per 26 november 2020 bevestigt. De ouders van [appellant] en de stichting Grutsk zijn momenteel in gesprek met meerdere projectontwikkelaars en gemeenten om een andere woonvoorziening te kunnen realiseren.
4.De procedure bij de voorzieningenrechter
5.De beoordeling van de grieven en de vordering in hoger beroep
[K] goed is verlopen maar dat de gemaakte afspraken, gelet op de Wlz-indicatie, de dienstverleningsovereenkomst en het ondersteuningsplan, betrekking hebben op een qua omvang en inhoud zeer beperkte mate van zorg en ondersteuning. In feite verschaft de stichting [appellant] een - beschut - dak boven zijn hoofd en fungeren de medewerkers van de stichting slechts als schoonmaker en als wekker. De stichting heeft aangegeven dat dit op termijn vanuit financieel oogpunt niet houdbaar is. Daar komt bij dat het de medewerkers van de stichting in de weinige contactmomenten die er met [appellant] zijn niet lukt om met hem in contact te komen.