In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 1 april 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Nederland. De verdachte was eerder op 10 september 2019 veroordeeld voor rijden onder invloed van alcohol. Het hof heeft de verdachte opnieuw veroordeeld tot een geldboete van € 750,-, subsidiair 15 dagen hechtenis, en een ontzegging van de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor de duur van 5 maanden. De zaak kwam aan het hof na een hoger beroep van de verdachte tegen het eerdere vonnis.
Tijdens de zittingen op 18 maart 2021 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die eenzelfde straf vroeg als eerder opgelegd. De verdachte heeft betoogd dat hij niet de bestuurder was van het voertuig, maar het hof heeft op basis van getuigenverklaringen en het gedrag van de verdachte geconcludeerd dat hij wel degelijk de bestuurder was. Het hof heeft vastgesteld dat het alcoholgehalte in de adem van de verdachte 635 microgram per liter was, wat aanzienlijk boven de toegestane limiet ligt.
Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan, waarbij het de verdachte schuldig heeft bevonden aan het rijden onder invloed. De strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het is begaan, waarbij het hof ook rekening heeft gehouden met eerdere veroordelingen van de verdachte. De beslissing van het hof is op 1 april 2021 openbaar uitgesproken.