Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.De procedure in eerste aanleg
2.De procedure in hoger beroep
- het beroepschrift met producties, ingekomen op 11 mei 2020 en
- het verweerschrift.
- mr. Sahin;
- de vrouw, bijgestaan door mr. Van Gruijthuijsen-van Gent.
3.De feiten
4.Het geschil
5.De overwegingen voor de beslissing
‘De vrouw heeft gesteld dat zij het netto inkomen van de man heeft geschat op € 3.000,- per maand. (…) De man heeft enkel de hoogte van zijn inkomsten betwist en gesteld dat hij leeft van giften van zijn familie en vriendin, aangezien door toedoen van de vrouw zijn zangcarrière is verwoest. De man heeft deze stellingen niet met stukken onderbouwd, ondanks zijn voorbehoud om dit na vaststelling van het vaderschap nog te doen. (…) Nu de man zijn verweer op geen enkele wijze heeft onderbouwd, gaat de rechtbank ervan uit dat de man de verzochte bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van [de minderjarige] zal kunnen voldoen.’