In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 16 februari 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Nederland. De verdachte is veroordeeld voor mishandeling van een ambtenaar, gepleegd op 5 oktober 2017. De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een taakstraf van dertig uren, subsidiair vijftien dagen hechtenis, en had een vordering van de benadeelde partij toegewezen. In hoger beroep heeft de advocaat-generaal gevorderd tot bewezenverklaring van het feit en handhaving van de straf. De verdachte heeft aangevoerd dat hij handelde uit noodweer, maar het hof heeft deze verdediging verworpen. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte de ambtenaar bij de keel heeft gegrepen tijdens een politiecontrole, en dat de verklaringen van de verbalisanten en getuigen de lezing van de verdachte niet ondersteunen. Het hof heeft de vordering van de benadeelde partij afgewezen, omdat onvoldoende bewijs was voor de gestelde schade. De uitspraak van het hof vernietigt het vonnis van de politierechter en legt opnieuw een taakstraf op van dertig uren, subsidiair vijftien dagen hechtenis.