In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 16 februari 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Nederland. De verdachte is veroordeeld voor het medeplegen van schuldwitwassen en schuldheling. De zaak betreft twee parketnummers: 18-077386-18 en 18-210375-18. De verdachte heeft op 20 februari 2015 een bedrag van € 3.800,- overgemaakt naar haar rekening, terwijl zij redelijkerwijs had moeten vermoeden dat dit geld afkomstig was uit een misdrijf. Daarnaast heeft zij in de periode van 24 november 2017 tot en met 17 februari 2018 een telefoon verworven die door misdrijf was verkregen. Het hof heeft de verweren van de verdachte verworpen en geoordeeld dat zij niet aan haar onderzoeksplicht heeft voldaan. De verdachte is eerder veroordeeld voor soortgelijke feiten, maar het hof houdt rekening met de lange duur van de procedure en de schending van de redelijke termijn. Uiteindelijk is de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 40 uren, subsidiair 20 dagen hechtenis.