In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 9 februari 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de wijziging van kinderalimentatie. De man, verzoeker in hoger beroep, had in eerste aanleg een beschikking van de rechtbank Gelderland aangevochten, waarin de alimentatie voor zijn drie kinderen was vastgesteld. De man en de vrouw zijn de ouders van drie minderjarige kinderen, die bij de vrouw wonen. De man is ook onderhoudsplichtig voor een vierde kind uit een eerder huwelijk. Het hof heeft vastgesteld dat er een wijziging van omstandigheden heeft plaatsgevonden die een herbeoordeling van de behoefte en de draagkracht rechtvaardigt. De man heeft verzocht om de alimentatie te verlagen, terwijl de vrouw verweer voerde en de bestreden beschikking wilde handhaven. Het hof heeft de draagkracht van de man vastgesteld en de behoefte van de kinderen berekend. De man is onderhoudsplichtig voor alle kinderen, en het hof heeft de alimentatie voor de drie kinderen vastgesteld op € 149,- per kind per maand met ingang van 4 oktober 2019, en dit bedrag is geïndexeerd naar € 153,- per kind per maand per 1 januari 2020 en € 157,- per kind per maand per 1 januari 2021. De proceskosten in hoger beroep zijn gecompenseerd, waarbij elke partij de eigen kosten draagt.