ECLI:NL:GHARL:2021:12118

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
21 december 2021
Publicatiedatum
2 maart 2022
Zaaknummer
21-003241-21
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontvankelijkheid van verzet tegen strafbeschikking en terugwijzing naar kantonrechter

In deze zaak gaat het om de ontvankelijkheid van de verdachte in verzet tegen een strafbeschikking. De strafbeschikking is gedateerd op 16 december 2020, maar het hof oordeelt dat er onvoldoende bewijs is dat deze op diezelfde dag aan de verdachte is bekendgemaakt. De raadsvrouw heeft op 18 februari 2021 namens de verdachte verzet ingesteld. Volgens de wet kan verzet worden gedaan binnen veertien dagen nadat de verdachte bekend is geraakt met de strafbeschikking. Het hof concludeert dat er onvoldoende redenen zijn om aan te nemen dat de verdachte eerder dan 18 februari 2021 op de hoogte was van de strafbeschikking. De kantonrechter heeft ten onrechte geoordeeld dat het verzet te laat is ingesteld. Het hof vernietigt daarom het vonnis van de kantonrechter en wijst de zaak terug naar de kantonrechter in de rechtbank Gelderland, zodat de zaak inhoudelijk kan worden behandeld in twee feitelijke instanties.

Uitspraak

Afdeling strafrecht

Parketnummer: 21-003241-21
TEGENSPRAAK
Uitspraak van mr. N.C. van Lookeren Campagne, lid van de enkelvoudige strafkamer, van
21 december 2021 op het hoger beroep tegen het vonnis dat is gewezen in de zaak met parketnummer 05-054109-20 tegen de verdachte

naam:[verdachte]

voornamen: [verdachte]
geboren: op [geboortedag] 1996 te [geboorteplaats]
wonende te: [woonplaats]
raadsvrouw: mr. J.C.H. Pronk, advocaat te Apeldoorn

Ontvankelijkheid verdachte in verzet

Het hof gaat ervan uit dat de strafbeschikking is gedateerd 16 december 2020, dat de strafbeschikking niet eerder dan die datum door toezending via de gewone post aan verdachte is bekendgemaakt en dat geen afschrift van de strafbeschikking aan verdachte in persoon is uitgereikt. De raadsvrouw heeft op 18 februari 2021 namens verdachte verzet ingesteld.
Tegen de strafbeschikking kan in een geval als dit binnen veertien dagen nadat zich een omstandigheid heeft voorgedaan waaruit voortvloeit dat de strafbeschikking de verdachte bekend is, verzet worden gedaan.
Naar het oordeel van het hof is er onvoldoende reden om aan te nemen dat verdachte buiten een termijn van veertien dagen vóór 18 februari 2021 bekend is geraakt met de strafbeschikking. Van belang hierbij is dat niet (met voldoende zekerheid) kan worden vastgesteld wanneer de strafbeschikking aan verdachte is verzonden. De datum van de strafbeschikking alleen is niet voldoende om ervan uit te gaan dat de strafbeschikking ook diezelfde dag door toezending is bekendgemaakt.
De kantonrechter heeft dus ten onrechte geoordeeld dat het verzet te laat is ingesteld, zodat het vonnis dient te worden vernietigd.
Namens verdachte is verzocht om terugwijzing zodat de zaak in twee feitelijke instanties inhoudelijk kan worden behandeld. Het hof zal de zaak daarom niet zelf afdoen en de zaak terugwijzen naar de kantonrechter in de rechtbank Gelderland.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep.
Wijst de zaak terug naar de kantonrechter in de rechtbank Gelderland (locatie Arnhem) om met inachtneming van dit arrest opnieuw recht te doen.
mr. N.C. van Lookeren Campagne