ECLI:NL:GHARL:2021:12117
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Tussenuitspraak
- Rechtspraak.nl
Tussenarrest over aanwezigheidsrecht van verdachte in hoger beroep inzake onderzoek Sprinkhaan
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 12 april 2021 een tussenarrest gewezen in het hoger beroep van een verdachte die in Marokko gedetineerd is. De verdachte, geboren in Marokko en zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland, heeft hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Oost-Nederland van 21 februari 2013. Het hof heeft in deze tussenuitspraak de geldigheid van de oproeping voor de zitting van 8 april 2021 besproken, waarbij het openbaar ministerie betoogde dat de oproeping geldig was betekend, ondanks dat niet kon worden aangetoond dat deze daadwerkelijk aan de verdachte was uitgereikt.
Het hof heeft kennisgenomen van de reactie van de Marokkaanse autoriteiten op rechtshulpverzoeken en de noodzaak om het aanwezigheidsrecht van de verdachte te waarborgen. De verdediging heeft betoogd dat er onvoldoende inspanningen zijn geleverd om de verdachte naar Nederland te brengen voor de zitting. Het hof heeft besloten het onderzoek voor onbepaalde tijd aan te houden, in afwachting van verdere informatie van de Marokkaanse autoriteiten over de status van de verdachte en de lopende strafzaken tegen hem in Marokko. Het hof heeft tevens nieuwe rechtshulpverzoeken gelast om meer duidelijkheid te krijgen over de situatie van de verdachte en de mogelijkheid van zijn aanwezigheid bij de rechtszittingen.
De beslissing van het hof benadrukt het belang van het aanwezigheidsrecht van de verdachte en de noodzaak om adequaat te reageren op rechtshulpverzoeken aan Marokko, gezien de eerdere ervaringen met de traagheid van de Marokkaanse autoriteiten in het beantwoorden van dergelijke verzoeken. Het hof heeft de zaak voor onbepaalde tijd geschorst en zal de verdachte en een tolk oproepen zodra er meer duidelijkheid is.