ECLI:NL:GHARL:2021:11122
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in jeugdstrafzaak wegens gebrek aan groepsgedraging bij openlijke geweldpleging
In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 30 november 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kinderrechter in de rechtbank Midden-Nederland. De verdachte, geboren in 2003, was aangeklaagd voor openlijke geweldpleging in vereniging, waarbij hij betrokken zou zijn geweest bij een steekincident op 8 augustus 2020 in Hoevelaken. De officier van justitie had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de kinderrechter, die de verdachte eerder had vrijgesproken. Tijdens de zitting op 16 november 2021 heeft het hof het dossier bestudeerd, inclusief de vordering van de advocaat-generaal en de verdediging van de verdachte, vertegenwoordigd door mr. B.J. Tieman.
De tenlastelegging omvatte zowel een primair als een subsidiair verwijt van openlijke geweldpleging. De advocaat-generaal vorderde veroordeling van de verdachte, terwijl de raadsman pleitte voor vrijspraak, stellende dat de verdachte geen bijdrage had geleverd aan het geweld. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte en andere jongens op het moment van het steekincident niet als een groep aanwezig waren, en dat het steken van het slachtoffer door een medeverdachte niet als een groepsgedraging kon worden beschouwd. Hierdoor was er geen sprake van openlijke geweldpleging.
Het hof heeft geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs was voor de tenlastegelegde feiten en heeft het vonnis van de kinderrechter vernietigd. De verdachte is vrijgesproken van zowel het primair als het subsidiair tenlastegelegde. De beslissing is genomen in aanwezigheid van de voorzitter en de griffier, waarbij mr. E.W. van den Heuvel niet in staat was het arrest mede te ondertekenen.