Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
1.Onderwerp
2.Belangrijke informatie
- het eerstvolgende contactmoment na de zitting van 27 november 2020 vindt plaats voor de duur van een uur bij [naam1] (in plaats van op het kantoor van Samen Veilig) en onder begeleiding van [naam1] , waarna;
- [de minderjarige] eens per week bij de moeder bij [naam1] verblijft voor de duur van anderhalf
3.De beslissing van de rechtbank
4.Het hoger beroep
- de eerste week: gedurende een uur contact;
- vanaf de derde week: gedurende twee uur contact;
- vanaf de zesde week: gedurende vier uur contact;
- de problemen die [de minderjarige] (volgens anderen) na de contactmomenten met haar zou laten zien;
- de vraag of eventuele vastgestelde problemen een reden zijn om de omgang niet uit te breiden (contra-indicatie);
- de vraag wat er nodig is om eventuele belemmeringen in de contacten tussen haar en [de minderjarige] weg te nemen en de vraag welke hulpvorm daarvoor passend zou zijn voor haar en [de minderjarige] .
5.De rechtszaak bij het hof
- het beroepschrift met producties, ingekomen op 13 mei 2021;
- het verweerschrift van Samen Veilig met producties;
- een brief van de pleegouders van 17 oktober 2021;
- een journaalbericht van mr. De Haan van 19 oktober 2021 met een begeleidende brief en een productie;
- een e-mailbericht van Samen Veilig van 25 oktober 2021 met een begeleidende brief en bijlagen, en
- een e-mailbericht van mr. De Haan van 27 oktober 2021 met een begeleidende brief en een bijlage.
- de moeder met haar advocaat en met haar begeleidster;
- [naam2] voor Samen Veilig;
- [naam3] voor de raad voor de kinderbescherming (verder te noemen: de raad), en
- de pleegvader.