ECLI:NL:GHARL:2021:10959

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
16 november 2021
Publicatiedatum
29 november 2021
Zaaknummer
21-004468-19
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Tussenuitspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenarrest in hoger beroep inzake rijden onder invloed met noodzaak tot getuigenverhoor

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 16 november 2021 een tussenarrest gewezen in het hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Nederland. De verdachte, geboren in 1984, had hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van 8 augustus 2019, waarin zij was veroordeeld voor rijden onder invloed. Tijdens de zitting op 2 november 2021 heeft de verdachte een consistente verklaring afgelegd, die werd ondersteund door een schriftelijke verklaring van haar moeder. Het hof oordeelde dat het onderzoek niet volledig was en dat er behoefte was aan aanvullend getuigenverhoor. Het hof heeft daarom besloten om het onderzoek te heropenen en getuigen te horen, waaronder twee politieagenten en een derde getuige. De beslissing om het onderzoek te schorsen en te heropenen werd genomen in het belang van een zorgvuldige rechtsgang. Het hof heeft bepaald dat het onderzoek uiterlijk in april 2022 zal worden hervat, met een nog nader te bepalen datum voor de zitting.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-004468-19
Uitspraak d.d.: 16 november 2021
TEGENSPRAAK

Tussenarrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshofArnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Leeuwarden,

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Nederland van 8 augustus 2019 met parketnummer 96-094719-18 in de strafzaak tegen

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1984,
wonende te [woonplaats] , [woonadres] .

Het hoger beroep

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 2 november 2021 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot vernietiging van het vonnis van de politierechter. Voorts heeft de advocaat-generaal gevorderd verdachte ter zake van het rijden onder invloed te veroordelen tot een geldboete van € 425,-, subsidiair 8 dagen hechtenis. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen door verdachte naar voren is gebracht.

Ambtshalve beslissing tot nader onderzoek

Tijdens de beraadslaging in raadkamer is gebleken, dat het onderzoek niet volledig is geweest. Naar aanleiding van de verklaring van verdachte ter terechtzitting van het hof, waarin zij consistent met haar eerdere verklaringen, heeft verklaard dat de feiten zoals die in het proces-verbaal ter zake artikel 8 WVW 1994 en in het proces-verbaal van bevindingen zijn gerelateerd, geen juiste weergave betreffen van wat zich feitelijk voorafgaand aan en binnen de 20-minuten termijn heeft afgespeeld. Een schriftelijke verklaring van de moeder van verdachte ondersteunt de lezing van verdachte.
De door verdachte geduide aard van de tekortkomingen in de verbalisering zou tot consequentie hebben dat zij dient te worden vrijgesproken van hetgeen haar verweten wordt.
Het hof acht het daarom noodzakelijk dat alsnog als getuigen ter terechtzitting worden gehoord:
  • [getuige1] , hoofdagent van de politie Eenheid Noord-Nederland (DRN93435),
  • [getuige2] , brigadier van de politie Eenheid Noord-Nederland (DRN01007),
  • [getuige3] , geboren op [geboortedatum] 1959 te [plaats1] , wonende aan de [adres] , [plaats2] .

BESLISSING

Het hof:
Heropent het gesloten onderzoek en schorst dit in het belang hiervan.
Bepaalt dat het onderzoek zo mogelijk uiterlijk in de maand april 2021 zal worden hervat tegen een nog nader te bepalen terechtzitting
.
Beveelt de oproeping van verdachte tegen het nog nader te bepalen tijdstip.
Beveelt de oproeping van de getuigen ter terechtzitting van het hof tegen het nog nader te bepalen tijdstip:
  • [getuige1] , hoofdagent van de politie Eenheid Noord-Nederland (DRN93435),
  • [getuige2] , brigadier van de politie Eenheid Noord-Nederland (DRN01007),
  • [getuige3] , geboren op [geboortedatum] 1959 te [plaats1] , wonende aan de [adres] , [plaats2] .
Aldus gewezen door
mr. O. Anjewierden, voorzitter,
mr. H.J. Deuring en mr. T.H. Bosma, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. G.A.G. van Essen, griffier,
en op 16 november 2021 ter openbare terechtzitting uitgesproken.