Uitspraak
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
hij in of omstreeks de periode van 1 december 2017 tot en met 28 februari 2018 te [plaats] tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk heeft geteeld, bereid, bewerkt, verwerkt, verkocht, afgeleverd, verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, een grote hoeveelheid als bedoeld in artikel 11 lid 5 van de Opiumwet, te weten een grote hoeveel hennep (1395 planten), zijnde een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
hij in of omstreeks de periode van 1 november 2017 tot en met 7 maart 2018 te [plaats] tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een hoeveelheid elektriciteit, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde, te weten aan [naam1] N.V., heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen elektriciteit onder zijn bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak of verbreking.
Overweging met betrekking tot het bewijs
Bewezenverklaring
hij in de periode van 1 december 2017 tot en met 28 februari 2018 te [plaats] opzettelijk heeft geteeld en verkocht een grote hoeveelheid als bedoeld in artikel 11 lid 5 van de Opiumwet, te weten een grote hoeveel hennep (632 planten), zijnde een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II;
hij in de periode van 1 november 2017 tot en met 7 maart 2018 te [plaats] een hoeveelheid elektriciteit dat geheel aan een ander dan aan verdachte toebehoorde, te weten aan [naam1] N.V., heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte die weg te nemen elektriciteit onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) maanden.
2 (twee) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.