Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
gevestigd te Leeuwarden.
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- een brief namens de raad van 20 juli 2021;
- [de minderjarige1] , geboren [in] 2004,
- [de minderjarige2] , geboren [in] 2006,
- [de minderjarige3] , geboren [in] 2013,
over wie zij alleen het ouderlijk gezag uitoefent.
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
Gedurende (de tweede helft van) het jaar 2020, en dus voorafgaand aan de ondertoezichtstelling, zijn er (tenminste) vijf zorgmeldingen gedaan over de (thuis)situatie bij de moeder en zorgen over [de minderjarige3] . De meldingen komen (onder meer) uit de hoek van familieleden (vaderszijde), de school van [de minderjarige2] , als ook de school van [de minderjarige1] . In die periode is ook het gebiedsteam betrokken geraakt en die heeft de raad verzocht een onderzoek in te stellen omdat er ernstige zorgen zijn over de kinderen en hulpverlening in het vrijwillige kader niet toereikend lijkt. Tijdens het onderzoek van de raad worden de zorgen bevestigd, ook voor wat betreft [de minderjarige3] . De zorgen over [de minderjarige3] zijn gelegen in de instabiliteit van de opvoedingssituatie bij de moeder. Zij is geconfronteerd met het verlies van haar grootouders (moederszijde) en een onverwachts vertrek van haar zus en broer uit de thuissituatie bij de moeder.
Ook laat de moeder bij herhaling mannen toe in de thuissituatie. Deze mannen worden snel en gemakkelijk in haar leven toegelaten en waar zij vervolgens zwaar op leunt. Deze mannen worden vervolgens ook weer even snel en plotseling uit het leven van de moeder en dat van [de minderjarige3] gebannen. Zo woont er sinds de GI betrokken is inmiddels een derde man bij de moeder, die zij -naar eigen zeggen- in huis nam omdat ze vond dat ze hem niet in de regen kon laten staan. Welke rol hij zal aan- of innemen is onduidelijk, de GI weet via-via pas sinds kort over hem.
Daarnaast is ze drie keer van school gewisseld, waarbij de moeder de verantwoordelijkheid voor schoolkeuzes volledig bij [de minderjarige3] lijkt te leggen. Verder zijn de moeder en [de minderjarige3] verhuisd naar [woonplaats1] . Allemaal grote veranderingen in het leven van een jong meisje.