Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep,
de raad voor de kinderbescherming(de raad),
regio Noord-Nederland, locatie Leeuwarden.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 4 november 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over het ouderlijk gezag van de moeder over haar dochter, na een eerdere beschikking van de rechtbank Noord-Nederland. De moeder had verzocht om het eenhoofdig ouderlijk gezag over haar dochter [de minderjarige2], terwijl de vader, die niet de biologische vader is van [de minderjarige1], in hoger beroep ging tegen de eerdere beslissing van de rechtbank die het gezamenlijk gezag had beëindigd. De ouders zijn sinds 2011 gescheiden en de verstandhouding tussen hen is al jarenlang problematisch. Het hof heeft vastgesteld dat er geen basis voor vertrouwen is tussen de ouders, wat essentieel is voor gezamenlijk gezag. De vader heeft in het verleden de moeder bedreigd, wat de situatie verder heeft verslechterd. Het hof heeft ook overwogen dat de moeder de enige vertrouwde basis vormt voor [de minderjarige2] en dat het in haar belang is dat zij alleen het gezag uitoefent. De vader is goed geïnformeerd over het leven van [de minderjarige2], wat zijn betrokkenheid waarborgt, maar het hof oordeelt dat gezamenlijk gezag niet in het belang van het kind is. De beschikking van de rechtbank is bekrachtigd, en het verzoek van de vader is afgewezen.