ECLI:NL:GHARL:2021:10339
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van vonnis inzake hennepteelt en diefstal van elektriciteit met aanvullende overwegingen
In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 29 oktober 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Midden-Nederland, dat op 9 september 2019 was gewezen. De verdachte, geboren in 1987, was veroordeeld voor hennepteelt en diefstal van elektriciteit. Het hof bevestigde het vonnis van de rechtbank, maar voegde aanvullende gronden toe aan de beslissing. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen de veroordeling tot een taakstraf van 180 uren.
Tijdens de zitting op 15 oktober 2021 heeft het hof het bewijs tegen de verdachte beoordeeld. De verdediging voerde aan dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte als pleger van de feiten aan te merken en wees naar een onbekende persoon als de werkelijke dader. Het hof oordeelde echter dat de verdachte wettig en overtuigend kon worden bewezen als de exploitant van de hennepkwekerij, die was aangetroffen in zijn woning. De verbalisanten hadden 785 hennepplanten en 58 hennepstekken aangetroffen, en de verdachte had verklaard de eigenaar van de woning te zijn.
Het hof overwoog dat de verklaring van de verdachte over de onbekende persoon niet geloofwaardig was en dat er geen bewijs was voor de betrokkenheid van anderen. Ook werd vastgesteld dat de verdachte illegaal elektriciteit had afgetapt voor de hennepkwekerij. Het hof hield rekening met de redelijke termijn van berechting en concludeerde dat er een beperkte overschrijding was, maar dat dit niet leidde tot een andere beslissing. Het hof bevestigde het vonnis van de rechtbank, met inachtneming van de aanvullende overwegingen.