In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 4 november 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek van de moeder om met haar kinderen te verhuizen naar [plaats2]. De moeder, die gezamenlijk gezag uitoefent met de vader, verzocht om vervangende toestemming voor de verhuizing, terwijl de vader zich hiertegen verzette. Het hof heeft de belangen van de kinderen, de moeder en de vader tegen elkaar afgewogen. De moeder stelde dat de verhuizing noodzakelijk was voor haar welzijn en dat van haar partner, met wie zij samen een kind verwacht. De vader betwistte de noodzaak van de verhuizing en voerde aan dat de kinderen geworteld zijn in hun huidige omgeving en dat de verhuizing hun stabiliteit zou ondermijnen. Het hof oordeelde dat het belang van de kinderen bij het behoud van hun vertrouwde omgeving zwaarder weegt dan het belang van de moeder om te verhuizen. Het hof bekrachtigde de eerdere beschikking van de rechtbank Gelderland, waarin het verzoek van de moeder was afgewezen. De beslissing benadrukt het belang van stabiliteit en continuïteit voor de kinderen in situaties van echtscheiding en verhuizing.