ECLI:NL:GHARL:2020:9847

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
12 november 2020
Publicatiedatum
30 november 2020
Zaaknummer
TBS P20/0110
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging beslissing terbeschikkingstelling met voorwaarden en wijziging van voorwaarden

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 12 november 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Noord-Holland van 24 maart 2020, waarin werd bepaald dat de terbeschikkinggestelde alsnog van overheidswege zou worden verpleegd. De terbeschikkinggestelde, geboren in 1967 en verblijvende in Justitieel Complex Schiphol, heeft in hoger beroep verzocht om vernietiging van deze beslissing. Het hof heeft de terbeschikkinggestelde en zijn raadsman, mr. A.R. Ytsma, gehoord, evenals de advocaat-generaal en deskundigen. Het hof heeft vastgesteld dat de terbeschikkinggestelde de opgelegde voorwaarden heeft overtreden, maar komt tot de conclusie dat de terbeschikkingstelling met voorwaarden op verantwoorde wijze kan worden voortgezet. Het hof wijzigt de voorwaarden en wijst de vordering van de officier van justitie tot verpleging van overheidswege af. Het hof baseert zijn oordeel op het verlengingsadvies van psychiater M.R. Weeda, dat aangeeft dat de terbeschikkinggestelde gemotiveerd is en bereid is mee te werken aan een klinische behandeling voor zijn verslavingsproblematiek. Het hof benadrukt het belang van intensieve begeleiding en monitoring van de terbeschikkinggestelde in de extramurale fase van zijn behandeling. De beslissing van de rechtbank wordt vernietigd en de voorwaarden voor de terbeschikkingstelling worden gewijzigd, zodat de terbeschikkinggestelde de kans krijgt om zijn behandeling voort te zetten.

Uitspraak

TBS P20/0110
Beslissing d.d. 12 november 2020
De kamer van het hof als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de rechterlijke organisatie heeft te beslissen op het beroep van
[terbeschikkinggestelde],
geboren te [geboorteplaats 1] op [geboortedag 1] 1967,
verblijvende in Justitieel Complex Schiphol.
Het beroep is ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem , van 24 maart 2020, houdende de beslissing dat de terbeschikkinggestelde alsnog van overheidswege zal worden verpleegd.
Het hof heeft gelet op de stukken, waaronder:
- het verlengingsadvies van psychiater M.R. Weeda van 8 juli 2020;
- het proces-verbaal van de zitting van dit hof van 23 juli 2020;
- de tussenbeslissing van dit hof van 6 augustus 2020;
- het 7e voortgangsverslag toezicht van GGZ [GGZ] van 14 september 2020;
- de indicatiestelling van 25 september 2020;
- het aanvullend reclasseringsadvies van GGZ [GGZ] van 15 oktober 2020;
- de e-mail van de raadsman van 20 oktober 2020;
- de e-mail van reclasseringswerker [naam 1] van 20 oktober 2020;
- de-mail van de Divisie Individuele Zaken (DIZ) van 27 oktober 2020
- de e-mail van de raadsman van 28 oktober 2020;
- de e-mail van de raadsman van 29 oktober 2020 met als bijlage de gedragsrapportage van Justitieel Complex Schiphol van 17 september 2020.
Het hof heeft ter zitting van 23 juli 2020 gehoord de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman mr. A.R. Ytsma, advocaat te Haarlem , de advocaat generaal mr. R. Segerink en de deskundige [deskundige] . Ter zitting van 29 oktober 2020 zijn gehoord de terbeschikkinggestelde, diens raadsman en de advocaat-generaal mr. W.C.J. Stienen. Daarnaast is als deskundige gehoord [naam 1] , reclasseringswerker bij GGZ [GGZ] .

Overwegingen:

De tussenbeslissing van het hof
Bij tussenbeslissing van 6 augustus 2020 heeft het hof het onderzoek heropend teneinde door de reclassering de mogelijkheid te laten onderzoeken van een klinische opname ten behoeve van de behandeling van de verslaving van de terbeschikkinggestelde, zoals bijvoorbeeld in de [kliniek] , zodat in voorkomend geval de voorwaarden kunnen worden aangescherpt. Voorts moest de reclassering de voor een dergelijke opname vereiste indictiestelling aanvragen bij het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie, werkeenheid Indicatiestelling Forensische Zorg (NIFP/IFZ) en in voorkomend geval tevens een intake realiseren. Daarbij is de reclassering in overweging gegeven tevens een instelling voor verslavingsreclassering te betrekken en indien daartoe aanleiding is om overname door de verslavingsreclassering voor de bereiden.
De advocaat-generaal is verzocht de rapportage die in het kader van de procedure tot verlenging van de maatregel van terbeschikkingstelling door psychiater Weeda werd voorbereid, zodra deze beschikbaar is, aan het dossier toe te voegen.
Het standpunt van de terbeschikkinggestelde en zijn raadsman
De terbeschikkinggestelde heeft de afgelopen maanden in het Justitieel Complex Schiphol veel geleerd en hij is gemotiveerd. Hij is bereid mee te werken aan een klinische behandeling, ook als die gericht is op de behandeling van zijn verslaving. Ook heeft de terbeschikkinggestelde verklaard zich aan de voorwaarden te zullen houden.
De raadsman heeft bepleit dat het hof de beslissing van de rechtbank zal vernietigen en de vordering van de officier van justitie zal afwijzen. De verslavingsproblematiek is niet adequaat behandeld, terwijl juist die verslaving het recidiverisico bepaalt. Dit wordt in het rapport van psychiater Weeda bevestigd. De raadsman is blij met de opnamemogelijkheid van de terbeschikkinggestelde in FPK [FPK] . De raadsman heeft het op de vorige zitting geformuleerde voorwaardelijk verzoek voor het horen van getuigen gehandhaafd.
Het standpunt van het openbaar ministerie
De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot bevestiging van de beslissing van de rechtbank, inhoudende toewijzing van de vordering van de officier van justitie dat de terbeschikkinggestelde alsnog van overheidswege zal worden verpleegd. De advocaat-generaal sluit zich aan bij het advies van de reclassering dat de terbeschikkingstelling met voorwaarden niet uitvoerbaar is gebleken, welk advies ook na de tussenbeslissing van het hof en het verlengingsadvies van de psychiater is gehandhaafd.
Het oordeel van het hof
Vernietiging
Het hof zal de beslissing van de rechtbank vernietigen, omdat het hof om de hierna te
vermelde redenen tot een andere beslissing komt.
Afwijzing vordering alsnog verpleging van overheidswege
Ingevolge artikel 6:6:10 eerste lid, aanhef en onder e, van het Wetboek van Strafvordering kan de rechter bevelen dat een terbeschikkinggestelde alsnog van overheidswege zal worden verpleegd indien een gestelde voorwaarde niet wordt nageleefd of anderszins het belang van de veiligheid van personen of goederen dat eist. Het hof stelt vast dat de terbeschikkinggestelde de opgelegde voorwaarden heeft overtreden. Dat staat ook niet ter discussie.
Het hof komt evenwel tot een andere beslissing dan de rechtbank gelet op het verlengingsadvies van psychiater Weeda van 8 juli 2020.
Volgens het advies van deze deskundige is bij de terbeschikkinggestelde sprake van een persoonlijkheidsstoornis met antisociale trekken, een stoornis in het gebruik van alcohol (ernstig), cannabis (matig ernstig) en cocaïne (ernstig) en de mogelijke diagnose ADHD. Binnen de maatregel van terbeschikkingstelling is sprake geweest van wisselende diagnostische conclusies. Opvallend is dat de diagnose stoornis in alcohol- en cocaïnegebruik ontbreekt. Volgens de psychiater is evident dat de verslavingsbehandeling tot op heden nauwelijks vorm heeft gekregen, hetgeen onwenselijk is gezien de rol van het middelengebruik bij (de totstandkoming van de) indexdelicten.
Met betrekking tot strubbelingen en het herhaald terugvallen in middelengebruik van de terbeschikkinggestelde kan gesteld worden dat het terugkijkend niet afdoende en zelfs niet adequaat is gebleken dat de terbeschikkinggestelde niet voor verslaving is behandeld en dat hij relatief veel ruimte heeft gekregen voor het zelf vormgeven van zijn leefomstandigheden, die uiteindelijk stresserend en risicoverhogend zijn gebleken.
Gezien de recente gebeurtenissen is het raadzaam de behandeling opnieuw klinisch te starten, zodat op voortvarende wijze een intensief behandelkader kan worden vormgegeven dat in de ambulante fase kan worden gehandhaafd. Volgens de psychiater kan dit goed in een aanvankelijke, niet te lange, klinische fase vorm krijgen. Tot slot acht de psychiater het van groot belang dat de terbeschikkinggestelde intensief, intensiever dan is gebeurd, begeleid en gemonitord wordt, met name als hij in de extramurale fase van zijn behandeltraject komt.
Uit het aanvullend reclasseringsadvies, dat de deskundige [naam 1] ter zitting van 29 oktober nader heeft toegelicht en aangevuld, komt naar voren dat de reclassering de kans groot acht dat de terbeschikkinggestelde zich wederom niet aan de bijzondere voorwaarden in het kader van de terbeschikkingstelling met voorwaarden zal conformeren. Er zijn te weinig mogelijkheden om met voorwaarden de risico’s te beperken of het gedrag van de terbeschikkinggestelde te veranderen. Gelet hierop handhaaft de reclassering haar standpunt dat de terbeschikkingstelling met voorwaarden niet uitvoerbaar is. Voor het geval het hof tot een ander oordeel komt, adviseert de reclassering de voorwaarden te wijzigen en aan te scherpen zoals in het aanvullend advies opgenomen.
Het hof leidt uit het verlengingsadvies van de psychiater af dat zij het verantwoord acht en wenselijk vindt dat de behandeling van de terbeschikkinggestelde wordt voortgezet in het huidige juridische kader. Hoewel het hof begrip heeft voor de terughoudendheid bij de reclassering als het gaat om de voortzetting van de terbeschikkingstelling met voorwaarden, laat het hof het advies van de psychiater zwaarder wegen. De psychiater heeft een goed gemotiveerde analyse gemaakt van het grensoverschrijdende gedrag van de terbeschikkinggestelde en uiteengezet hoe een tweede terugval zou kunnen worden voorkomen.
Ook overigens is voldaan de aan de voorwaarden voor voortzetting van het huidige kader. Inmiddels heeft FKP [FPK] aangegeven de terbeschikkinggestelde te willen opnemen. De verwachting is dat hij daar in januari 2021 geplaatst kan worden. Voor de tussenliggende periode is DIZ op zoek naar een overbruggingsplek in een andere FPK, zodat de terbeschikkinggestelde in een klinische setting kan verblijven. De terbeschikkinggestelde heeft zich ter zitting in hoger beroep bereid verklaard om mee te werken aan de klinische behandeling en de voorgestelde voorwaarden te zullen naleven.
Gelet op het vorenstaande is het hof van oordeel dat de terbeschikkingstelling met voorwaarden op verantwoorde wijze kan worden voortgezet. Het hof wil de terbeschikkinggestelde nog een kans geven zijn behandeling in dat kader voort te zetten.
Het hof zal dan ook de beslissing van de rechtbank vernietigen en de vordering van de officier van justitie strekkende tot het bevelen dat de terbeschikkinggestelde alsnog van overheidswege zal worden verpleegd, afwijzen.
Wijziging voorwaarden
Gelet op het voorgaande en in het bijzonder het advies van de reclassering van 15 oktober 2020 zal het hof de voorwaarden zoals deze zijn geformuleerd in het arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 23 april 2019 wijzigen en deze op onderdelen anders formuleren, zodat deze komen te luiden zoals hierna weergegeven.

Beslissing

Het hof:
Vernietigtde beslissing van de rechtbank Noord-Holland van 24 maart 2020 met betrekking tot de terbeschikkinggestelde
[terbeschikkinggestelde].
Wijst afde vordering van de officier van justitie strekkende tot het bevelen dat de terbeschikkinggestelde alsnog van overheidswege zal worden verpleegd.
Wijzigtde aan de terbeschikkingstelling verbonden voorwaarden in die zin dat deze komen te luiden dat de terbeschikkinggestelde:
Algemene voorwaarden
ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt en een actuele foto ter beschikking stelt waarop zijn gezicht herkenbaar is;
zich niet schuldig mag maken aan een strafbaar feit;
medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 38, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
Bijzondere voorwaarden
4. zich houdt aan de voorschriften en aanwijzingen van de reclassering die nodig zijn voor de uitvoering van het toezicht of om hem te bewegen tot het naleven van de voorwaarden;
5. zich zal melden op afspraken bij de reclassering, zolang de reclassering dit nodig acht;
6. een actuele foto aan de reclassering verstrekt ten behoeve van eventuele opsporing;
7. inzicht geeft aan de reclassering over de voortgang van begeleiding of behandeling door andere instellingen/hulpverleningsinstanties;
8. niet zal verhuizen of van adres zal veranderen zonder toestemming van de reclassering;
9. medewerking zal verlenen aan het uitwisselen van informatie met personen en instanties die contact hebben met de terbeschikkinggestelde, als dat van belang is voor het toezicht;
10. openheid geeft aangaande zijn sociale contacten en relaties;
11. meewerkt aan een time-out in een Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC) of andere instelling, als de reclassering dat nodig vindt. Deze time-out duurt maximaal zeven weken, met de mogelijkheid van verlenging met nog eens maximaal zeven weken, tot maximaal veertien weken per jaar;
12. niet zonder toestemming van het openbaar ministerie naar het buitenland of naar de Nederlandse Antillen zal gaan;
13. zich laat opnemen in een FPC, FPK, FVK of FPA, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing. De opname start aansluitend aan de voorlopige verpleging. De opname duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. Een overbruggingsplek kan tot de mogelijkheden behoren. De terbeschikkinggestelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling. Als de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst vindt, werkt de terbeschikkinggestelde mee aan de indicatiestelling en plaatsing;
14. zich laat behandelen door een forensische ambulante behandelsetting, te bepalen door de reclassering. De behandeling start aansluitend aan de klinische behandeling. De behandeling duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. De terbeschikkinggestelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling;
15. verblijft in een instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke opvang, indien geïndiceerd. Het verblijf duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. De terbeschikkinggestelde houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld;
16. geen soft- en harddrugs gebruikt en meewerkt aan controle op dit verbod. De controle gebeurt met urineonderzoek. De reclassering bepaalt hoe vaak de terbeschikkinggestelde wordt gecontroleerd;
17. geen alcohol gebruikt en meewerkt aan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) om dit alcoholverbod te controleren. De reclassering bepaalt met welke controlemiddelen en hoe vaak de terbeschikkinggestelde wordt gecontroleerd;
18. op geen enkele wijze - direct of indirect – contact heeft of zoekt met [naam 2] , geboren op [geboortedag 2] 1983 in [geboorteplaats 2] , en haar kinderen, te weten [naam 3] , geboren op [geboortedag 3] 2005 in [geboorteplaats 2] en [naam 4] geboren [geboortedag 4] 2002 in [geboorteplaats 2] zolang het openbaar ministerie dit verbod nodig vindt. De politie ziet toe op handhaving van dit contactverbod;
19. zich niet binnen een straal van 500 meter rondom de woning van [naam 2] aan de [adres] in [geboorteplaats 2] bevindt zolang het openbaar ministerie dit verbod nodig vindt. De politie ziet toe op handhaving van dit locatieverbod;
20. meewerkt aan het aflossen van zijn schulden en het treffen van afbetalingsregelingen, ook als dit inhoudt meewerken aan schuldhulpverlening in het kader van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen. De terbeschikkinggestelde geeft de reclassering inzicht in zijn financiën en schulden;
21. zich actief inzet voor het verkrijgen en behouden van een legale dagbesteding. De terbeschikkinggestelde geeft de reclassering toestemming tot contact met zijn werkgever.
Aldus gedaan door
mr. M.E. van Wees als voorzitter,
mr. W.A. Holland en mr. M.J.C. Dijkstra als raadsheren,
en dr. W.J. Canton en drs. D.M.L. Versteijnen als raden,
in tegenwoordigheid van mr. C.J. Broersma als griffier,
en op 12 november 2020 in het openbaar uitgesproken.
De raden zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.