ECLI:NL:GHARL:2020:9823
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Tussenuitspraak
- Rechtspraak.nl
Tussenarrest in hoger beroep inzake strafzaak met vordering van de advocaat-generaal en benadeelde partij
In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 26 november 2020 een tussenarrest gewezen in het hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Nederland van 29 juni 2017. De verdachte, geboren in 1966, heeft hoger beroep ingesteld tegen het eerder genoemde vonnis. Tijdens de zitting op 12 november 2020 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die een gevangenisstraf van acht maanden, waarvan vijf maanden voorwaardelijk, heeft geëist. De bijzondere voorwaarden voor de voorwaardelijke straf omvatten een meldplicht bij de reclassering en verplichte ambulante behandeling bij een forensisch-psychiatrische kliniek. Daarnaast heeft de advocaat-generaal een contactverbod met een benadeelde partij gevorderd, met een vervangende hechtenis voor elke overtreding van dit verbod. Het hof heeft ook kennisgenomen van de vordering van de benadeelde partij, die is toegewezen met wettelijke rente en schadevergoedingsmaatregel.
Tijdens de beraadslaging in raadkamer is gebleken dat het onderzoek niet volledig was. Het hof heeft besloten dat de audiovisuele registraties van de verhoren bij de politie van de benadeelde partijen aan het dossier moeten worden toegevoegd. Het hof heeft de advocaat-generaal opgedragen om deze registraties te bewerkstelligen. Het onderzoek is heropend en zal worden hervat op een nog nader te bepalen datum, waarbij de verdachte en zijn raadsvrouw tijdig op de hoogte worden gesteld van de oproeping.