In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 6 oktober 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek van de curator van de curandus om machtiging te verlenen voor een schenking van € 2.207,- aan hemzelf en zijn overleden broer. De curator, die de belangen van de curandus behartigt, stelde dat er sprake was van een schenkingstraditie binnen de familie, maar het hof oordeelde dat dit niet was aangetoond. De curandus, geboren in 1955, staat sinds zijn meerderjarigheid onder curatele en heeft een vermogen van circa € 48.000,-. De curator had het verzoek ingediend om erfbelasting te besparen, maar het hof volgde de aanbevelingen van het Landelijk Overleg Vakinhoud Civiel en Kanton (LOVCK) en wees het verzoek af. Het hof concludeerde dat er geen schenkingstraditie was aangetoond en dat de bijzondere omstandigheden, zoals de ziekte van de curandus (ALS), niet voldoende waren om van de hoofdregel af te wijken. De beslissing van de kantonrechter werd bekrachtigd.