In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een vrijspraak van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Nederland. De verdachte, geboren in 1978 en woonachtig in [woonplaats], werd beschuldigd van het overschrijden van de maximumsnelheid op de Rijksweg N33 op 29 juli 2018. De officier van justitie had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de kantonrechter, die de verdachte had vrijgesproken. Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft de zaak behandeld op 3 september 2020, na een eerdere zitting op 20 augustus 2020.
De verdachte ontkende de snelheidsovertreding en stelde dat hij met cruise control reed op 110 km/u. De verdediging voerde aan dat er twijfels waren over de meting en dat het proces-verbaal niet tijdig was opgemaakt. Het hof oordeelde echter dat de verklaringen van de opsporingsambtenaren voldoende bewijs boden voor de snelheidsovertreding. Het hof vernietigde het vonnis van de kantonrechter en verklaarde de verdachte schuldig aan het tenlastegelegde feit, met een bewezen snelheid van 137 km/u, wat meer dan 30 km/u boven de toegestane snelheid lag.
De strafoplegging bestond uit een geldboete van € 404,-, te vervangen door acht dagen hechtenis. Het hof benadrukte het belang van verkeersveiligheid en de noodzaak om de snelheidslimieten te handhaven. De beslissing van het hof werd op 3 september 2020 openbaar uitgesproken.