Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 22 oktober 2015 te [plaats 1] , gemeente [gemeente] , tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad,
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 november 2013 tot en met 21 oktober 2015 te [plaats 1] en/of [plaats 2] en/of [plaats 3] en/of [plaats 4] , althans in het arrondissement Midden-Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne en/of een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne, zijnde cocaïne en/of heroïne (telkens) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
hij op of omstreeks 29 oktober 2015 te [plaats 1] , gemeente [gemeente] , althans in het arrondissement Midden-Nederland
hij op of omstreeks 29 oktober 2015 te [plaats 1] , gemeente [gemeente] , althans in het arrondissement Midden-Nederland, althans in Nederland, een autosleutel en/of portemonnee met inhoud heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die/dat goed(eren) wist dan wel redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
hij op of omstreeks 29 oktober 2015 te [plaats 1] , gemeente [gemeente] , althans in het arrondissement Midden-Nederland, opzettelijk een autosleutel en/of portemonnee met inhoud, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welk(e) goed(eren) verdachte anders dan door misdrijf, te weten als houder, onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
Vrijspraak
Overweging met betrekking tot het bewijs van feit 1
Overweging met betrekking tot het bewijs van feit 2
Bewezenverklaring
hij op 22 oktober 2015 te [plaats 1] , gemeente [gemeente] , opzettelijk aanwezig heeft gehad,
hij in de periode van 1 april 2014 tot en met 21 oktober 2015 te [plaats 1] en [plaats 2] en [plaats 3] tezamen en in vereniging met een ander of anderen, telkens opzettelijk heeft verkocht een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne en/of een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne, zijnde cocaïne en/of heroïne telkens een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;
hij op 29 oktober 2015 te [plaats 1] ,
hij op 29 oktober 2015 te [plaats 1] , opzettelijk een autosleutel en portemonnee met inhoud, toebehorende aan [benadeelde] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welke goederen verdachte anders dan door misdrijf, te weten als houder, onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
15 (vijftien) maanden.
12 (twaalf) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
taakstrafvoor de duur van
240 (tweehonderdveertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
120 (honderdtwintig) dagen hechtenis.