Uitspraak
[appellant],
1.[geïntimeerde1] ,
2. [geïntimeerde2] ,
3. [geïntimeerde3] ,
[geïntimeerden] c.s.,
[appellant],
1.[geïntimeerde1] ,
2. [geïntimeerde2] ,
3. [geïntimeerde3] ,
[geïntimeerden] c.s.,
1.Het verloop van het geding
2.Voeging
3.Waar gaat deze zaak over en hoe beslist het hof?
4.De feiten in beide zaken
5.De vorderingen in hoger beroep
6.De beoordeling
Internationale aspecten in beide zaken
punt waarover de huurcommissie om een uitspraak was verzocht”en waarop de kantonrechter in beroep tegen de uitspraak van de Huurcommissie heeft beslist. Artikel 7:262 lid 2 BW staat daarom aan ontvankelijkheid van het hoger beroep ook in zoverre in de weg.
grief 3). Dat bezwaar houdt in dat ten onrechte geoordeeld is dat [geïntimeerden] c.s. teveel huur betaald hebben en daarom recht hebben op teruggave van het teveel betaalde bedrag. Anders dan de kantonrechter is [appellant] namelijk van oordeel dat op 19 september 2015 een nieuwe huurovereenkomst is gesloten. Er was in zijn visie dan ook geen sprake van voortzetting van de eerste huurovereenkomst van 1 december 2014.
1 december 2014. Per 1 januari 2015 vertrok [C] en kwam [geïntimeerde2] . Per 1 mei 2015 vertrok [D] en kwam [geïntimeerde3] .
."
Vandaar dat de huurovereenkomsten op deze manier zijn gesloten." Ook "
varieerde" het "
wel eens met de huurbetaling. Om die reden wilde de verhuurder de hoofdelijke aansprakelijkheid".
grief 4) betoogd dat de veroordeling in de proceskosten van de eerste aanleg in beide zaken niet terecht is. Uit de overwegingen van het hof in zaak 284 blijkt dat grief 3 in die zaak niet slaagt. Als in het ongelijk gestelde partij is [appellant] in die zaak dan ook terecht in de kosten veroordeeld. In zaak 283 is [appellant] niet-ontvankelijk in het hoger beroep. Aan inhoudelijke beoordeling van het vonnis van de kantonrechter in die zaak, inclusief het oordeel over de proceskosten, kan het hof daarom niet toekomen. Grief 4 faalt.