ECLI:NL:GHARL:2020:4533

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
16 juni 2020
Publicatiedatum
16 juni 2020
Zaaknummer
200.235.422
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Tussenuitspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wilsbekwaamheid bij testamentaire beschikking en medisch dossier

In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, staat de wilsbekwaamheid van de erflaatster centraal. De appellanten, vertegenwoordigd door mr. T.H.I.M. Pierik, hebben in hoger beroep de vraag opgeworpen of de erflaatster ten tijde van het opstellen van haar testamenten, gedateerd op 16 oktober 2008 en 28 februari 2008, wilsbekwaam was. Het hof heeft het medisch dossier van de erflaatster, dat door de appellanten is overgelegd, als cruciaal beschouwd voor het beantwoorden van deze vraag. Dit dossier bevat belangrijke medische gegevens en correspondentie van de zorginstelling Viattence, waar de erflaatster tussen 2008 en 2012 was opgenomen.

Het hof heeft de geïntimeerden, die door mr. A.J.C.M. van Acht worden vertegenwoordigd, de gelegenheid gegeven om het medisch dossier door hun eigen medisch adviseur of een andere deskundige te laten beoordelen. Dit is van belang omdat het medisch dossier vertrouwelijke informatie bevat die essentieel is voor de beoordeling van de wilsbekwaamheid van de erflaatster. Het hof heeft ook opgemerkt dat de beoordeling van de wilsbekwaamheid door een deskundige enkel op basis van papieren gegevens kan plaatsvinden, wat de complexiteit van de zaak vergroot.

De zaak is aangehouden voor verdere behandeling en partijen zijn verzocht om op 15 september 2020 een akte in te dienen. Het hof heeft verder iedere beslissing aangehouden, wat betekent dat de uiteindelijke uitspraak over de wilsbekwaamheid van de erflaatster nog moet volgen. Deze tussenuitspraak benadrukt de noodzaak van zorgvuldige afweging van medische gegevens in het kader van testamentaire beschikkingen.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Arnhem
afdeling civiel recht
zaaknummer gerechtshof 200.235.422
(zaaknummer rechtbank Gelderland, zittingsplaats Zutphen, 305773)
arrest van 16 juni 2020
in de zaak van

1.[appellante1] ,

wonende te [woonplaats1] ,
2.
[appellante2],
wonende te [woonplaats2] ,
appellanten,
in eerste aanleg: eisers,
hierna: [appellanten] ,
advocaat: mr. T.H.I.M. Pierik,
tegen

1.[geïntimeerde1] ,

wonende te [woonplaats3] ,
advocaat: mr. A.J.C.M. van Acht,
2.
[geïntimeerde2],
wonende te [woonplaats3] ,
advocaat: mr. A.J.C.M. van Acht,
3.
[geïntimeerde3],
wonende te [woonplaats4] ,
advocaat: mr. A.J.C.M. van Acht,
4.
[geïntimeerde4],
wonende te [woonplaats5] ,
5.
[geïntimeerde5],
wonende te [woonplaats6] ,
6.
[geïntimeerde6],
wonende te [woonplaats7] ,
7.
[geïntimeerde7],
wonende te [woonplaats7] ,
8.
[geïntimeerde8],
wonende te [woonplaats1] ,
9.
[geïntimeerde9],
wonende te [woonplaats8] ,
10.
[geïntimeerde10],
wonende te [woonplaats9] ,

11.[geïntimeerde11] ,

wonende te [woonplaats7] ,
geïntimeerden,
in eerste aanleg: gedaagden,
hierna: [geïntimeerden]

1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep

1.1
Het hof neemt de inhoud van het tussenarrest van 21 april 2020 hier over.
1.2
[appellanten] hebben bij akte (in tweevoud) productie 19 in het geding gebracht, met daarbij het van de heer [naam1] ontvangen medisch dossier van erflaatster. Dit betreft:
- een brief van Viattence van 11 september 2015 aan de heer [naam1] met de medische gegevens/correspondentie, gegevens met betrekking tot de dagelijkse hulpverlening en dergelijke over de periode dat erflaatster bij Viattence was opgenomen, in de periode 31 mei 2008 tot 31 januari 2012;
- een brief (ongedateerd) van [naam2] , huisarts, en medisch adviseur van mr. Pierik, met daarbij (zoals in die brief is vermeld) het complete medisch dossier van erflaatster.

2.De motivering van de beslissing in hoger beroep

2.1
Het gaat in deze zaak om de vraag of erflaatster ten tijde van het maken van haar uiterste wilsbeschikking wilsbekwaam was. Voor het beantwoorden van deze vraag is het medisch dossier van groot belang. Dat is nu aan het hof overgelegd. Het hof gaat ervan uit dat het medisch dossier ook aan de wederpartij is overgelegd. Omdat het hier om zeer vertrouwelijke stukken van medische aard gaat, zal het hof [geïntimeerden] in de gelegenheid stellen het medisch dossier door hun medisch adviseur dan wel een andere (partij)deskundige te laten beoordelen en zich bij akte uit te laten over het vervolg van de procedure.
2.2
Het hof begrijpt uit de stukken dat ingevolge het vonnis van de voorzieningenrechter van 13 juli 2015 destijds het medisch dossier via de medisch adviseur van mr. Pierik aan de heer [naam1] is verstrekt, die blijkens zijn rapportage het medisch dossier al als (partij) deskundige van [appellanten] heeft beoordeeld. [appellanten] kunnen zich bij akte (gelijktijdig aan die van de wederpartij) over het vervolg van de procedure nader uitlaten.
2.3
Het hof tekent hierbij aan dat het gaat om een testament dat op 16 oktober 2008, respectievelijk 28 februari 2008 door een notaris is opgemaakt, en dat een medisch deskundige enkel een papieren onderzoek kan doen naar de wilsbekwaamheid van erflaatster destijds. De vraag is of een redelijk handelend en redelijk bekwaam arts/deskundige (of andere BIG-geregistreerde) in staat is tot het beantwoorden van die vraag.
2.4
Het hof zal iedere verdere beslissing aanhouden.

3.De beslissing

Het hof, recht doende in hoger beroep:
3.1
verwijst de zaak naar de rol van 15 september 2020 voor het nemen van een akte (gelijktijdig) door partijen als hiervoor bedoeld in 2.1 ( [geïntimeerden] ) en 2.2 ( [appellanten] );
3.2
houdt verder iedere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. M.L. van der Bel, R. Prakke-Nieuwenhuizen en M.H.H.A. Moes, is ondertekend door de rolraadsheer en is in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 16 juni 2020.