ECLI:NL:GHARL:2020:2866
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over geldleningsovereenkomst en buitengerechtelijke incassokosten tussen vader en zoon
In deze zaak gaat het om een hoger beroep waarin de appellant, [appellant], in geschil is met zijn vader, [geïntimeerde], over de vraag of er sprake is van een geldleningsovereenkomst. De appellant heeft in eerste aanleg een veroordeling gekregen tot betaling van € 30.000,- aan zijn vader, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De appellant betwist dat er sprake is van een geldlening en stelt dat de betalingen die hij van zijn vader heeft ontvangen, betrekking hebben op werkzaamheden die hij voor de vennootschap onder firma Agro Top heeft verricht. Het hof oordeelt dat de vader voldoende heeft aangetoond dat de betalingen zijn gedaan als lening ter ondersteuning van de horecagelegenheid van de appellant, Grandcafé Enzo. Het hof bevestigt dat de appellant verplicht is het geleende bedrag terug te betalen, maar wijst de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten af, omdat de aanmaning niet voldeed aan de wettelijke eisen. Het hof compenseert de proceskosten tussen partijen, gezien hun familierechtelijke relatie.