ECLI:NL:GHARL:2020:2331
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Burenrecht en verkrijgende verjaring in geschil tussen buren over watergebruik en erfgrens
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is behandeld, gaat het om een burengeschil tussen [de buurman] en de besloten vennootschap Interboat Holland B.V. over de verkrijgende verjaring van water van de Loosdrechtse plassen. Het hof heeft op 17 maart 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep, waarbij de vorderingen van [de buurman] omtrent de verkrijgende verjaring zijn afgewezen. De zaak is ontstaan uit een geschil over de precieze loop van de erfgrens en het gebruik van elkaars water. Interboat had in eerste aanleg vorderingen ingesteld, waaronder een verzoek om vaststelling van de erfgrens en ontruiming van grond door [de buurman]. [de buurman] heeft in reconventie gevorderd dat hij eigenaar is geworden van bepaalde delen van de strook water door verkrijgende verjaring.
Het hof heeft vastgesteld dat de percelen van partijen aan elkaar grenzen en dat er een geschil is over de erfgrens. Het hof heeft de feiten zoals beschreven in eerdere vonnissen overgenomen en geconcludeerd dat [de buurman] onvoldoende bewijs heeft geleverd voor zijn eigendomsclaims. De grieven van [de buurman] in het principaal hoger beroep zijn ongegrond verklaard, evenals de grieven van Interboat in het incidenteel hoger beroep. Het hof heeft de proceskosten gecompenseerd, aangezien beide partijen deels in het ongelijk zijn gesteld. De beslissing van de rechtbank is op onderdelen vernietigd en aangevuld, waarbij het hof bepaalde vorderingen heeft toegewezen en andere heeft afgewezen. Het arrest is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.