Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
3.20. Tot 1 januari 2002 kende het Turkse Burgerlijk Wetboek een algehele scheiding van goederen. Vermogen verkregen vóór 1 januari 2002 behoort tot het persoonlijk vermogen van de desbetreffende verkrijgende echtgenoot. Dit vermogen blijft onder het nieuwe regime tot het persoonlijk vermogen van de desbetreffende echtgenoot behoren en er is tot 1 januari 2002 tussen partijen geen sprake van een huwelijksgoederengemeenschap die voor verdeling vatbaar is.
28 april 2014: Op dit datum heeft mijn moeder [de vrouw] het huis gevestigd te [plaats 3]
na een onrustige periode van een paar jaar, meerdere malen in mijn aanwezigheid hebben besloten om de twee huizen in Turkije te verdelen over de twee dochters’ en dat [dochter 2] ‘
niet aanwezig (was) tijdens deze besprekingen die talloze keren hebben plaatsgevonden, omdat ze vanaf 2006 in Turkije studeerde.’
6.De beslissing
drie maandenna heden uit te laten over hetgeen hiervoor in rechtsoverweging 5.23 is omschreven;