Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
GMC Beheergroep,
1.Het verdere verloop van de procedure in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
Overwegende:
om niet, met uitzondering van het vermelde onder punt 2.2 van de overeenkomst, daadwerkelijk te betrekken en erop te passen tot het moment dat deze overeenkomst rechtsgeldig zal zijn beëindigd.
.
Zoals je te horen hebt gekregen, wordt het pand aan de [a-straat 1] te [A] verkocht. In dit geval gaat er voor jou een einde komen aan het oppassen op de locatie [a-straat 1] te [A] . Hierbij moeten we helaas onze overeenkomst met jou opzeggen met als voorlopige maar uiterlijke einddatum 30 juni 2019.”
De [a-straat 1] staat op de nominatie verkocht te worden, er is echter nog geen definitief besluit. (..)”
Conform overeenkomst zeggen wij de bruikleenovereenkomst op per 2 juli as.
Als gemeente hebben wij een overeenkomst met GMC beheer voor het beheren van (een deel van) onze panden in de stad d.m.v. invulling met anti kraak.
De gemeente, Vastgoed, maakt gebruik van GMC als antikraak organisatie voor panden die tijdelijk in beheer zijn tot aan moment van verkoop, verhuur of ontwikkeling van de locatie. Tot heden is de gemeente tevreden over de dienstverlening van GMC. Een van de panden die GMC namens de gemeente beheert is [a-straat 1] . De gemeente heeft met GMC een (bruikleen)overeenkomst, waarbij wordt vastgelegd dat het pand wordt terug
De gemeente Nijmegen maakt gebruik van de diensten van GMC als antikraak organisatie voor panden die tijdelijk in beheer zijn tot aan het moment van verkoop, verhuur of ontwikkeling van de locatie. De gemeente Nijmegen sluit ten behoeve van het tijdelijk beheer van panden een bruikleenovereenkomst met GMC Beheergroep. In die overeenkomst wordt vastgelegd dat de overeenkomst wordt beëindigd als er wordt overgegaan tot verkoop, verhuur of ontwikkeling van de locatie (…). Deze overeenkomst tussen de gemeente Nijmegen en GMC Beheergroep is door de Gemeente opgezegd en per 2 juli 2019 beëindigd. Uit mijn e-mail van 15 augustus 2019 van 17.01 kan niet worden afgeleid dat de overeenkomst tussen de gemeente Nijmegen en GMC Beheergroep niet per 2 juli 2019 is beëindigd. GMC Beheergroep heeft niet voldaan aan de opzegging en daardoor is GMC Beheergroep in gebreke gebleven. Hierdoor is GMC Beheergroep aansprakelijk voor alle nadelige (financiële) gevolgen die de gemeente hiervan ondervindt.”
3.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
4.De motivering van de beslissing in hoger beroep
NJ1999, 495). Artikel 7:232 lid 2 BW geldt blijkens de parlementaire geschiedenis als uitzonderingsbepaling dat zeer restrictief dient te worden opgevat. Het gaat om gevallen waarin voor iedereen duidelijk is dat er geen sprake kan en mag zijn van een beroep op huurbescherming (Handelingen II 1978/1979, 14175, pagina 5026).
‘Voor dit moment hebben wij gekozen voor tijdelijke verhuur tot aan definitieve verkoop van het pand mogelijk later dit jaar’(rov. 2.7)
.GMC heeft ter zitting toegelicht dat de Gemeente het pand per 2 juli 2019 wilde verhuren en daarvoor al een huurster had.