Uitspraak
1.[appellant] ,wonende te [A] ,2. [appellante] ,wonende te [A] ,
[appellanten] c.s.,
gevestigd te Zeist,
Woongoed,
1.Het verloop van de procedure bij de kantonrechter
2.2. Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de appeldagvaarding van 1 maart 2019;
- de memorie van grieven (met drie producties);
- de memorie van antwoord.
2.2 Vervolgens hebben [appellanten] c.s. de processtukken overgelegd en heeft het hof arrest bepaald.
3.3. De vaststaande feiten
4.4. De vorderingen en de beslissingen in eerste aanleg
5.5. De bespreking van de grieven
c.s. c.s. hebben hun schade dan ook onvoldoende onderbouwd. Aan bewijslevering komt het hof alleen al om die reden niet toe. Overigens hebben [appellanten] c.s. geen bewijsaanbod gedaan.
[appellanten] c.s. hebben vervolgens in hun antwoordakte van 30 oktober 2018 aangegeven dat het overzicht betreffende de oude woning grotendeels klopt, maar dat voor de nieuwe woning (na verrekeningen) een bedrag van € 426,90 te veel is betaald. Wanneer dat bedrag op de vordering betreffende de oude woning in mindering wordt gebracht, resteert een bedrag van € 1.685,89 aldus [appellanten] c.s.
6.6. De beslissing
€ 759,- voor geliquideerd salaris van de advocaat;