Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
3.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
€ 5,00 per dag vanaf het instellen van de eis (30 augustus 2017) tot het moment van voldoening van de reparatiekosten. De kantonrechter heeft de vordering van Roy Car toegewezen. De kantonrechter heeft overwogen dat er een opdracht is verstrekt aan Roy Car om de versnellingsbak te reviseren en dat partijen daarvoor een bedrag zijn overeengekomen van € 2.750,00. De vordering over de stallingskosten is als niet betwist toegewezen.
4.De motivering van de beslissing in hoger beroep
in naam vanhaar zoon de overeenkomst met Roy Car heeft gesloten. In dat geval zou er geen overeenkomst tot stand zijn gekomen tussen Roy Car en de moeder, maar tussen Roy Car en [appellant] . [appellant] zou dan ook veroordeeld kunnen worden tot betaling.
[E] heeft zich altijd voorgedaan als rechthebbende/eigenaresse van de auto. Pas op 8 april 2017 maakt zij melding van het bestaan van een zoon, zonder te vermelden dat deze zoon eigenaar is van de auto.”
Roycar heeft nimmer iets vernomen van de heer [appellant] , die thans als eiser optreedt. Voorzover Roycar bekend, is [E] de eigenaresse van het voertuig dat door Roycar in haar opdracht is gerepareerd.”
in naam van[appellant] de opdracht tot reparatie heeft gegeven. Hieruit volgt dat er geen contractuele relatie tussen [appellant] en Roy Car tot stand is gekomen, maar tussen de moeder en Roy Car.