Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 25 september 2016, te [plaats] , althans in de gemeente [gemeente] , in elk geval in Nederland, als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig, een personenauto, merk Peugeot, daarmede rijdende over de [naam weg] , zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door zeer, althans aanmerkelijk, onvoorzichtig en/of onoplettend, en/of terwijl hij, verdachte, verkeerde onder invloed van het gebruik van alcoholhoudende drank, met het door hem, verdachte, bestuurde motorrijtuig af te wijken van de voor hem verdachte bestemde rijstrook/weghelft en/of (vervolgens) (deels) te gaan rijden op de rijstrook/weghelft bestemd voor het voor hem, verdachte tegemoetkomende verkeer, waar toen aldaar een personenauto, merk Opel, bestuurd door [slachtoffer 1] , reed en hem, verdachte, dicht was genaderd, tengevolge waarvan een aanrijding/botsing is ontstaan tussen het motorrijtuig van genoemde [slachtoffer 1] en het door hem, verdachte, bestuurde motorrijtuig, waardoor aan [slachtoffer 1] en/of aan [slachtoffer 2] zwaar lichamelijk letsel, te weten (respectievelijk) een gebroken nekwervel/gebroken borstbeen en/of een gebroken pols, of zodanig lichamelijk letsel werd toegebracht, dat daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden is ontstaan, terwijl hij, verdachte, verkeerde in de toestand als bedoeld in artikel 8, eerste of tweede lid van de Wegenverkeerswet 1994, danwel na het feit niet heeft voldaan aan een bevel gegeven krachtens artikel 163, tweede, zesde, achtste of negende lid van genoemde wet.
hij op of omstreeks 25 september 2016, te [plaats] , althans in de gemeente [gemeente] , als bestuurder van een voertuig (personenauto, merk Peugeot), daarmee rijdende op de [naam weg] , met het door hem, verdachte, bestuurde motorrijtuig is afgeweken van de voor hem verdachte bestemde rijstrook/weghelft en/of (vervolgens) (deels) is gaan rijden op de rijstrook/weghelft bestemd voor het voor hem, verdachte tegemoetkomende verkeer, waar toen aldaar een personenauto, merk Opel, bestuurd door [slachtoffer 1] , reed en hem, verdachte, dicht was genaderd, tengevolge waarvan een aanrijding/botsing is ontstaan tussen het motorrijtuig van genoemde [slachtoffer 1] en het door hem, verdachte, bestuurde motorrijtuig, door welke gedraging(en) van verdachte gevaar op die weg werd veroorzaakt, althans kon worden veroorzaakt, en/of het verkeer op die weg werd gehinderd, althans kon worden gehinderd;
hij, als degene die als bestuurder van een motorrijtuig betrokken was geweest bij een verkeersongeval dat had plaatsgevonden in [plaats] , althans in de gemeente [gemeente] op de [naam weg] , op of omstreeks 25 september 2016 de (voornoemde) plaats van vorenbedoeld ongeval heeft verlaten, terwijl bij dat ongeval, naar hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden, aan een ander, te weten [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] , letsel en/of schade was toegebracht.
Bewijsoverweging feit 1 primair
Bewijsoverweging feit 2
Bewezenverklaring
hij op 25 september 2016, te [plaats] , als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig, een personenauto, merk Peugeot, daarmede rijdende over de [naam weg] , zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door aanmerkelijk onvoorzichtig, terwijl hij, verdachte, verkeerde onder invloed van het gebruik van alcoholhoudende drank, met het door hem, verdachte, bestuurde motorrijtuig af te wijken van de voor hem verdachte bestemde rijstrook/weghelft en vervolgens deels te gaan rijden op de rijstrook/weghelft bestemd voor het voor hem, verdachte tegemoetkomende verkeer, waar toen aldaar een personenauto, merk Opel, bestuurd door [slachtoffer 1] , reed en hem, verdachte, dicht was genaderd, tengevolge waarvan een aanrijding/botsing is ontstaan tussen het motorrijtuig van genoemde [slachtoffer 1] en het door hem, verdachte, bestuurde motorrijtuig, waardoor aan [slachtoffer 1] en aan [slachtoffer 2] zwaar lichamelijk letsel, te weten respectievelijk een gebroken nekwervel/gebroken borstbeen en een gebroken pols, of zodanig lichamelijk letsel werd toegebracht, dat daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden is ontstaan, terwijl hij, verdachte, verkeerde in de toestand als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994;
hij, als degene die als bestuurder van een motorrijtuig betrokken was geweest bij een verkeersongeval dat had plaatsgevonden in [plaats] , op de [naam weg] , op 25 september 2016 de (voornoemde) plaats van vorenbedoeld ongeval heeft verlaten, terwijl bij dat ongeval, naar hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden, aan een ander, te weten [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] , letsel en/of schade was toegebracht.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) maanden.
bevoegdheid motorrijtuigen te besturenvoor de duur van
2 (twee) jaren.
bevoegdheid motorrijtuigen te besturenvoor de duur van
1 (één) jaar.