In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 28 december 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Midden-Nederland. De verdachte, geboren in 1984, had hoger beroep ingesteld tegen een eerdere veroordeling voor het rijden met een ongeldig verklaard rijbewijs. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. De verdachte was op 20 juli 2019 als bestuurder van een personenauto op de A1 aangetroffen, terwijl hij wist dat zijn rijbewijs ongeldig was verklaard. De advocaat-generaal had gevorderd tot bewezenverklaring van het tenlastegelegde en veroordeling tot een taakstraf van 30 uren, subsidiair 15 dagen hechtenis, en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 weken met een proeftijd van 3 jaren.
Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte eerder onherroepelijk was veroordeeld voor soortgelijke overtredingen, wat zijn recidive onderstreept. Tijdens de zitting heeft de verdachte verzocht om een lichtere straf, rekening houdend met zijn gezinssituatie. Het hof heeft echter geoordeeld dat de ernst van de feiten en de recidive van de verdachte een zwaardere straf rechtvaardigen. Uiteindelijk is de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 30 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 weken, met een proeftijd van 3 jaren. Het hof heeft de toepasselijke wettelijke voorschriften in acht genomen en de strafoplegging gemotiveerd.