Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 31 juli 2019 te [plaats] , althans in de gemeente [gemeente] , althans in Nederland, opzettelijk brand heeft gesticht door (een) theezakje(s) in de magnetron te doen en/of (vervolgens) de magnetron aan te zetten, ten gevolge waarvan een/de theezakje(s) en/of de magnetron geheel of gedeeltelijk is/zijn verbrand, in elk geval brand is ontstaan, en daarvan gemeen gevaar voor de in de keuken (van [naam1] ), althans in die ruimte aanwezige goederen, in elk geval gemeen gevaar voor goederen, te duchten was;
hij op of omstreeks 31 juli 2019 te [plaats] , althans in de gemeente [gemeente] , althans in Nederland, opzettelijk en wederrechtelijk een magnetron, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten [naam1] toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt.
Vrijspraak ten aanzien van het primair tenlastegelegde
Bewijsoverweging ten aanzien van het subsidiair tenlastegelegde
Voorwaardelijke verzoeken
Bewezenverklaring
hij op 31 juli 2019 te [plaats] , in de gemeente [gemeente] , opzettelijk en wederrechtelijk een magnetron, dat aan een ander, te weten [naam1] toebehoorde, heeft vernield.