Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 3 maart 2019 te 's -Hertogenbosch, in elk geval in Nederland, een ambtenaar, [benadeelde 1] (inspecteur van Politie Eenheid Oost-Brabant), gedurende en/of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, heeft mishandeld door die [benadeelde 1] éénmaal (met kracht), tegen diens hoofd en/of neus, althans in het gezicht, een (zogenoemde) kopstoot te geven;
hij op of omstreeks 3 maart 2019 te 's -Hertogenbosch, in elk geval in Nederland, de eerbaarheid heeft geschonden op of aan een plaats, voor het openbaar verkeer bestemd, te weten De Parade en/of de Lange Putstraat, in elk geval op of aan een openbare weg, door zijn, verdachtes, ontblote geslachtsdeel te tonen en/of (met behulp van zijn hand) zwaaiende bewegingen met zijn ontblote geslachtsdeel te maken;
hij op of omstreeks 3 maart 2019 te 's -Hertogenbosch, in elk geval in Nederland, opzettelijk een ambtenaar te weten [benadeelde 2] , brigadier van politie Landelijke Eenheid, gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van haar bediening, in haar tegenwoordigheid, door feitelijkheden, heeft beledigd, door zijn, verdachtes, ontblote geslachtsdeel aan die [benadeelde 2] te tonen en/of (met behulp van zijn hand) zwaaiende bewegingen met zijn ontblote geslachtsdeel in de richting van die [benadeelde 2] te maken.
Bewijsverweren
Deze bewijskracht kan worden doorbroken indien de betrouwbaarheid gemotiveerd wordt betwist, maar de militaire kamer ziet in het door de verdediging aangevoerde geen reden om aan de juistheid en betrouwbaarheid van de processen-verbaal te twijfelen. Ook voor deze processen-verbaal geldt immers dat ze op essentiële punten worden bevestigd door de camerabeelden in het dossier en elkaar bevestigen. Wat professor P.J. van Koppen in zijn rapport van 3 mei 2020 heeft aangevoerd maakt dat niet anders.
Overwegingen met betrekking tot de tenlastegelegde feiten
Bewezenverklaring
hij op
of omstreeks3 maart 2019 te 's -Hertogenbosch
, in elk geval in Nederland,een ambtenaar, [benadeelde 1] (inspecteur van Politie Eenheid Oost-Brabant), gedurende en
/ofter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, heeft mishandeld door die [benadeelde 1] éénmaal
(met kracht
),tegen diens
hoofd en/ofneus,
althans in het gezicht,een (zogenoemde) kopstoot te geven;
hij op
of omstreeks3 maart 2019 te 's -Hertogenbosch
, in elk geval in Nederland,opzettelijk een ambtenaar te weten [benadeelde 2] , brigadier van politie Landelijke Eenheid, gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van haar bediening, in haar tegenwoordigheid, door feitelijkheden, heeft beledigd, door zijn, verdachtes, ontblote geslachtsdeel aan die [benadeelde 2] te tonen en/of (met behulp van zijn hand) zwaaiende bewegingen met zijn ontblote geslachtsdeel in de richting van die [benadeelde 2] te maken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 2]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
80 (tachtig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
40 (veertig) dagen hechtenis.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1]
€ 223,00 (tweehonderddrieëntwintig euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 2]
€ 150,00 (honderdvijftig euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.