Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
- dat zij een weekeinde per veertien dagen van vrijdag 18.00 uur tot zondag 16.00 uur, alsmede tijdens een nader te bepalen middag en nacht door de week bij de vader zal verblijven;
- dat de vader de zorg op zich neemt gedurende de helft van de vakanties en de feestdagen;
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
Op 28 oktober 2020 heeft het eerste onbegeleide contact tussen de vader en [de minderjarige] plaatsgevonden. In de periode vanaf de bestreden beschikking (25 februari 2020) tot
28 oktober 2020 is er geen contact geweest tussen de vader en [de minderjarige] , omdat door de maatregelen tegen het coronavirus de in de bestreden beschikking vastgelegde begeleide overdracht door een professionele begeleider niet meer kon plaatsvinden. Dit heeft ertoe geleid dat de vader een procedure is gestart bij de rechtbank over die overdrachtsmomenten. Uiteindelijk hebben partijen overeenstemming bereikt over hoe de overdrachtsmomenten georganiseerd kunnen worden zonder professionele begeleiding. Deze overeenstemming is vastgelegd in voormelde beschikking van 19 oktober 2020. Gelet op hoe het contact de afgelopen jaren is verlopen, acht het hof het van belang dat het onbegeleide contact tussen de vader en [de minderjarige] eerst voor een langere periode stabiel gaat verlopen, voordat gekeken kan worden of een uitbreiding in het belang van [de minderjarige] is. Positief is dat beide ouders zeggen dat het eerste onbegeleide contact op zich goed is verlopen. Alleen heeft de vader zich niet gehouden aan de afspraak van partijen dat alleen de opa (vaderszijde) [de minderjarige] terugbrengt bij de moeder en is hij tot vlak bij moeders huis meegelopen. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de vader gezegd zich in het vervolg te zullen houden aan deze afspraak en thuis te zullen blijven wanneer opa vaderszijde [de minderjarige] terugbrengt naar de moeder.