Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
mr. T. Geerdink, naar voren is gebracht.
Het vonnis waarvan beroep
- meewerken aan door de Jeugdreclassering noodzakelijk geachte ondersteuning of verwijzing;
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 10 februari 2018 te [plaats 1] , gemeente [gemeente] , openlijk, te weten op de [straat] , in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen één of meer personen, te weten [benadeelde 1] , [benadeelde 2] en/of [benadeelde 3] , door die [benadeelde 1] tegen het lichaam te slaan, te schoppen en/of te duwen en/of met een mes in de schouder, althans in het lichaam, te steken en/of door die [benadeelde 2] en/of die [benadeelde 3] tegen het lichaam te slaan, te stompen, te duwen en/of te schoppen, terwijl dit door hem gepleegde geweld enig lichamelijk letsel voor die [benadeelde 1] ten gevolge heeft gehad;
hij op of omstreeks 18 augustus 2018 in de gemeente [gemeente] als bestuurder van een voertuig (personenauto), dit voertuig heeft bestuurd, terwijl hij verkeerde onder zodanige invloed van alcohol, waarvan hij wist of redelijkerwijs moest weten dat het gebruik daarvan - al dan niet in combinatie met het gebruik van een andere stof - de rijvaardigheid kon verminderen, dat hij niet tot behoorlijk besturen in staat moest worden geacht;
hij op of omstreeks 25 augustus 2018 in de gemeente [gemeente] opzettelijk één of meer politieambtenaren, te weten [verbalisant 1] en/of [verbalisant 2] , gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van hun bediening, als politiefunctionarissen in hun tegenwoordigheid, mondeling heeft beledigd door hen de woorden toe te voegen: "vieze schijtwouten" en/of "kut wouten", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking.
Overweging ten aanzien van het onder 2 tenlastegelegde
Overweging ten aanzien van het onder 3 tenlastegelegde
Bewezenverklaring
hij op 10 februari 2018 te [plaats 1] , gemeente [gemeente] , openlijk, te weten op de [straat] , in vereniging geweld heeft gepleegd tegen personen, te weten [benadeelde 1] , [benadeelde 2] en [benadeelde 3] , door die [benadeelde 1] tegen het lichaam te slaan en te duwen en met een mes in de schouder te steken en door die [benadeelde 2] en die [benadeelde 3] tegen het lichaam te slaan, te stompen en te duwen, terwijl dit door hem gepleegde geweld enig lichamelijk letsel voor die [benadeelde 1] ten gevolge heeft gehad.
hij op 18 augustus 2018 in de gemeente [gemeente] als bestuurder van een voertuig(personenauto), dit voertuig heeft bestuurd, terwijl hij verkeerde onder zodanige invloed van alcohol, waarvan hij wist of redelijkerwijs moest weten dat het gebruik daarvan de rijvaardigheid kon verminderen, dat hij niet tot behoorlijk besturen in staat moest worden geacht.
hij op 25 augustus 2018 in de gemeente [gemeente] opzettelijk politieambtenaren, te weten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , gedurende de rechtmatige uitoefening van hun bediening, als politiefunctionarissen in hun tegenwoordigheid, mondeling heeft beledigd, door hen de woorden toe te voegen: "vieze schijtwouten".
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
overtreding van artikel 8, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994.
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1]
€ 3.504,-, bestaande uit € 1.004,- materiële schade en € 2.500,- immateriële schade. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 1.804,-. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 2]
€ 2.500,- dient te worden gematigd.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 3]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
Veroordeelt de verdachte tot jeugddetentie voor de duur van 6 (zes) maanden.
3 (drie) maanden,niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1]
€ 1.500,00 (duizend vijfhonderd euro) ter zake van immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededaders hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 1.500,00 (duizend vijfhonderd euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
25 (vijfentwintig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 2]
€ 1.375,00 (duizend driehonderdvijfenzeventig euro) bestaande uit € 375,00 (driehonderdvijfenzeventig euro) materiële schade en € 1.000,00 (duizend euro) immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededaders hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 1.375,00 (duizend driehonderd vijfenzeventig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
23 (drieëntwintig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 3]
€ 368,00 (driehonderdachtenzestig euro) bestaande uit € 118,00 (honderdachttien euro) materiële schade en € 250,00 (tweehonderdvijftig euro) immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededaders hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 368,00 (driehonderd achtenzestig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
7 (zeven) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.