Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
Stichting Viverion,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
Huurder draagt er zorg voor dat aan omwonenden geen overlast of hinder wordt veroorzaakt door huurder, huisgenoten, huisdieren of door derden die zich vanwege huurder in het gehuurde of in de gemeenschappelijke ruimten bevinden’.
De incidenten die de afgelopen jaren hebben plaatsgevonden rondom [appellant] , zijn hond en zijn woning veroorzaken aanhoudende overlast voor zijn woonomgeving.(…) De betrokken instanties zijn er tot op heden niet in geslaagd om deze overlast te stoppen. (…) [appellant] is de spil in het conflict. (…) Om de openbare orde en de rust in de buurt te kunnen herstellen en de veiligheid van de buurtbewoners te kunnen waarborgen, is het noodzakelijk dat er afdoende maatregelen getroffen worden door de verhuurder.’
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De motivering van de beslissing in hoger beroep
de huurder er zorg voor draagt dat aan omwonenden geen overlast of hinder wordt veroorzaakt door huurder, huisgenoten, huisdieren of door derden die zich vanwege huurder in het gehuurde of in de gemeenschappelijke ruimten bevinden’(zie rov. 3.4). Indien een huurder toch overlast veroorzaakt, is sprake van een tekortkoming. Iedere tekortkoming in de nakoming geeft aan de wederpartij de bevoegdheid de overeenkomst te ontbinden, tenzij de tekortkoming gelet op haar bijzondere aard of geringe betekenis deze ontbinding met haar gevolgen niet rechtvaardigt (artikel 6:265 BW).