Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
woonplaats kiezende ten kantore van haar advocaat,
verzoekster in hoger beroep,
verweerder in hoger beroep,
Stichting Jeugdbescherming Overijssel,
kantoorhoudende te Zwolle,
1.Het geding in eerste aanleg
1.3 In de bestreden beschikking van 21 juni 2019 is [de minderjarige] , geboren [in] 2019, onder toezicht gesteld van de GI met ingang van 21 juni 2019 tot 19 juni 2020. Tevens is daarbij machtiging tot uithuisplaatsing van [de minderjarige] in een voorziening voor pleegzorg verleend met ingang van 21 juni 2019 tot 20 december 2019. Een en ander is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders verzochte is afgewezen.
2.Het geding in hoger beroep
- een journaalbericht van mr. Dekens van 22 juli 2019;
- een journaalbericht van mr. Dekens van 5 augustus 2019 met productie(s) en begeleidende
brief;
- een journaalbericht van mr. Dekens van 13 augustus 2019 met productie(s) en begeleidende
brief.
[B] en mevrouw [C] namens de GI. Voorts was mevrouw [D] (GZ-psycholoog / regiebehandelaar ISD van de PI [A] ) als informant aanwezig.
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
drs. [D] daaromtrent ter zitting van het hof heeft verklaard. Het hof vertrouwt op de deskundigheid van voornoemde behandelaars en hun team van medewerkers binnen de PI [A] , waaronder ook de mededeling van drs. [D] ter zitting dat onmiddellijk melding bij de GI zal worden gedaan wanneer naar het inzien van de behandelaars in de PI de zorg van de moeder aan het belang van [de minderjarige] niet voldoende tegemoetkomt. In het licht van de eerder genoemde visie dat [de minderjarige] bij de moeder zal opgroeien, en gelet op de gegeven veiligheidswaarborgen, acht het hof een spoedige plaatsing bij de moeder in het belang van [de minderjarige] . Dit brengt mee dat het hof meegaat in de wens van de moeder en het hof het verzoek tot machtiging uithuisplaatsing zal afwijzen met ingang van een week na heden, teneinde alle betrokkenen gelegenheid te bieden de nodige voorbereidende maatregelen te treffen voor plaatsing van [de minderjarige] bij de moeder.