Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
Arquin Fuels & More B.V.,
Shell Nederland Verkoopmaatschappij B.V.,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
3.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
€ 96.142,00 en vanaf 1 juli 2015 ook over het restant ad € 174.898,00, althans vermeerderd met de wettelijke handelsrente over € 271.040,00 vanaf de dag van het uitbrengen van de dagvaarding tot en met de dag der algehele voldoening;
4.De motivering van de beslissing in hoger beroep
Met haar tweede grief stelt Arquin dat het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is dat Shell vasthoudt aan de vaststellingen van de begrotingen, waarin geen rekening is gehouden met de tankvervangingen en de komst van het Amigo-tankstation. Zij heeft daarom primair de vernietiging van de begrotingen over de jaren 2013 en 2014 gevorderd op grond van artikel 7:904 BW en subsidiair een schadevergoeding op grond van wanprestatie van Shell.
- i) voor recht zal verklaren dat Arquin heeft vernietigd, althans subsidiair zal vernietigen, de door Shell in het Clusterbusinessplan voor het jaar 2013 en de daarvan deel uitmakende begroting voor het jaar 2013 opgenomen CR Margin ad € 1.684.490,--, Fuel Commission ad € 717.171,--, CR Royalty ad -/- € 842. 245,-- en de op grond daarvan vastgestelde FSA ad -/- 29.637,-- alsmede de door Shell in het Clusterbusinessplan voor het jaar 2014 en de daarvan deel uitmakende begroting voor het jaar 2014 opgenomen CR Margin ad € 1.624.899,--, Fuel Commission ad € 728.569,-- en CR Royalty ad -/- € 812.450,-- en de op grond daarvan vastgestelde FSA ad -/- €26.500,50;
- ii) voor recht zal verklaren dat Arquin de FSA voor het jaar 2013 ad € 29.637,--, vermeerderd met 21% BTW daarover, zijnde 35.860,77, en de FSA voor het jaar 2014 ad € 26.500,--, vermeerderd met 21% BTW daarover, zijnde € 32.065,61, onverschuldigd aan Shell heeft betaald en Shell zal veroordelen tot terugbetaling van deze bedragen, tezamen € 67.926,38 aan Arquin, vermeerderd met de wettelijke handelsrente ex artikel 6:119a BW vanaf 1 maart 2014 over € 35.860,77 en vanaf 1 maart 2015 over € 32.065,61, althans vermeerderd met de wettelijke handelsrente ex artikel 6:119a BW over € 67.926,38 vanaf de dag van het uitbrengen van de inleidende dagvaarding tot en met de dag der algehele voldoening;
- iii) de Clusterbusinessplannen voor het jaar 2013 en het jaar 2014, de daarvan deel uitmakende begrotingen en de daarvan deel uitmakende FSA zal vaststellen, primair zoals weergegeven onder de nummers 45 en 49 van de memorie van grieven, althans zoals het hof in goede justitie geraden acht;
- iv) Shell zal veroordelen tot betaling aan Arquin van de onder (iii) bedoelde door het hof vast te stellen FSA voor het jaar 2013 ad € 66.505,50, vermeerderd met 21% BTW daarover, zijnde € 80.741,70, althans een door het hof in goede justitie vast te stellen bedrag, en van de onder (iii) bedoelde door het hof vast te stellen FSA voor het jaar 2014 ad € 148.397,--, vermeerderd met 21% BTW daarover, zijnde € 179.560.37, althans een door het hof in goede justitie te bepalen bedrag, vermeerderd met de wettelijke handelsrente ex artikel 6:119a BW vanaf 1 maart 2014 over de door het hof vast te stelen FSA voor het jaar 2013 en vanaf 1 maart 2015 over de door het hof vast te stellen FSA voor het jaar 2014, althans vermeerderd met de wettelijke handelsrente ex artikel 6:119a BW over de door het hof vast te stellen FSA voor het jaar 2013 en de FSA voor het jaar 2014 vanaf de dag van het uitbrengen van de inleidende dagvaarding tot en met de dag der algehele voldoening;
- v) Shell zal veroordelen tot het betalen van een schadevergoeding aan Arquin van
- vi) Shell zal veroordelen tot het betalen van een schadevergoeding aan Arquin van € 174.898,-- wegens het onjuist vaststellen van het Clusterbusinessplan voor het jaar 2014, in het bijzonder vanwege de onjuiste vaststelling van de in de tot deze plannen behorende FSA en TE, vermeerderd met de wettelijke handelsrente ex artikel 6:119a BW over dit bedrag vanaf 1 maart 2015, althans vanaf de dag van het uitbrengen van de inleidende dagvaarding tot en met de dag der algehele voldoening;
- vii) Shell zal veroordelen tot betaling aan Arquin van het bedrag van € 3.288,-- aan buitengerechtelijke incassokosten;
- viii) Shell zal veroordelen in de kosten van de procedure in beide instanties, met bepaling dat deze binnen 14 dagen na de datum van dit arrest dienen te zijn voldaan, bij gebreke waarvan Shell van rechtswege in verzuim zal zijn.
toegezegd “dat het zou worden gerepareerd “als zij ernaast zouden zitten”.’Arquin heeft echter in het jaar 2013 de vastgestelde begroting bijna (op een bedrag van € 654,-- na) behaald, zodat voor 2013 niet valt in te zien dat Shell “er veel naast heeft gezeten”. In het jaar 2014 is Arquin weliswaar € 30.114,-- onder het begrote resultaat gebleven, maar Shell heeft, onvoldoende gemotiveerd door Arquin bestreden, aangevoerd dat vooral 2014 voor alle retailers slecht is geweest in verband met seizoensinvloeden en de economische crisis. Zonder nadere redengeving van de zijde van Arquin, die evenwel ontbreekt, valt niet in te zien waarom de gevolgen van die seizoensinvloeden en economische crisis voor Arquin wel gecompenseerd zouden worden en voor andere retailers niet. Bovendien heeft Arquin niet nader onderbouwd in hoeverre Shell “er naast zou mogen zitten”, voordat tot reparatie zou worden overgegaan. Daarmee is, zelfs indien het te bewijzen aangebodene zou komen vast te staan, niet gegeven dat Shell gehouden was om tot correctie van de begrotingen over de jaren 2013 en 2014 over te gaan. Tijdens de bij het hof gehouden comparitie van partijen heeft de heer Van Amstel namens Arquin nog wel toegelicht dat Giltay
“zich hard zou maken”voor hem, maar hij heeft daarbij ook verklaard dat het Giltay niet is gelukt. Ook hier geldt dat niet duidelijk naar voren is gebracht wat de consequentie zou moeten zijn van de toezegging dat Giltay “zich hard zou maken” voor Arquin. Naar het oordeel van het hof kan aan die toezegging, ook als die zou komen vast te staan, niet de consequentie worden verbonden dat de begrotingen over 2013 en 2014 moeten worden aangepast.