2.9.Daags nadat het bezwaarschrift tegen de aanslag voor het jaar 2012 door de Inspecteur is ontvangen, heeft de heer [P] van de Belastingdienst, kantoor Amsterdam, belanghebbende per mail van 3 januari 2017 een voorstel gedaan voor de afhandeling van het bezwaar tegen de aanslag voor het jaar 2011. Die mail luidt, voor zover van belang, als volgt:
“(…)
In uw bezwaarschrift concludeert u dat het vastgestelde inkomen ad € 25.750 nader dient te worden verlaagd met de volgende bedragen:
1. eigen woning € 1.573
2. (…)
3. zorgkosten € 3.500
4. (…)
U berekent het inkomen uit werk en woning nader op € 14.018
ad 1.
Ik accepteer de extra aftrek overeenkomstig uw bezwaarschrift met de volgende kanttekeningen. [G] levensverzekering € 191, [H] overlijdensrisico € 404 en [Q] woonverzekering € 205 zijn geen kosten van geldlening ook al wordt in de hypotheekakte mogelijk genoemd dat het onderpand (het huis) dient te worden verzekerd dan wel dat er een levensverzekering of overlijdensrisicoverzekering dient te worden afgesloten. Bij de 'kosten van geldleningen' gaat het puur om de kosten van de geldlening zelf (rente, notaris, provisie). Op basis van de wettelijke bepalingen is aftrek dan ook niet mogelijk maar ik accepteer de kosten uitsluitend op basis van het vertrouwensbeginsel omdat de aftrekpost eigen woning ook in het jaar 2010 is uitgevraagd en, voor zover ik kan beoordelen, deze kosten niet tot discussie hebben geleid. Omdat de heer [N] in 2015 een correctie heeft aangebracht op deze aftrekposten eindigt het door u te ontlenen vertrouwen in dat jaar, hetgeen betekent dat u de kosten voor de [G] levensverzekering, de [H] overlijdensrisicoverzekering en de [Q] woonverzekering tot en met belastingjaar 2015 in mindering kunt brengen als kosten van geldlening voor de eigen woning. Vanaf het belastingjaar 2016 kunt u deze aftrek opnieuw ter discussie stellen.
(…)
ad 3.
Ik heb de zorgkosten berekend op € 4.345, als volgt berekend.
(…)
d. Kleding en beddengoed € 310
(…)
ad d. akkoord, enkel op basis van de toezegging van de heer [N] . Voor de volgende belastingjaren zal een eventuele aftrekpost worden getoetst aan de wettelijke kaders (geen vertrouwen voor komende jaren)
Berekening van het inkomen:
(…)
eigen woning € 16.315 (neg)
(…)
specifieke zorgkosten € 4.345
(…)
nader vast te stellen inkomen: € 20.185”
In zijn bezwaarschrift betreffende de aanslag voor het jaar 2011 had belanghebbende de belastbare inkomsten uit eigen woning als volgt toegelicht:
In 2011 was ik de eigenaar van een eigen woning. De totale investering in deze woning zelf bedroeg € 300.000 en inclusief de te maken kosten komt het bedrag in 2011 op € 317.000 uit (Bijlage 02). Alle kosten voor de woning zijn door mij direct of indirect betaald. De heer [N] heeft de volgende posten (totaal € 14.745) geaccepteerd:
• Hypotheek van [D] €12.052
• Woonkrediet van [E] € 1.452
• Woonkrediet [F] € 113
• [R] , financieel Advies hypotheek € 600
• [R] , Inschrijving kadaster € 100
• [S] Vastgoed Taxatierapport € 350
• [I] Juridisch Advies € 78
De heer [N] heeft de volgende posten niet geaccepteerd:
• Kosten Nationale Hypotheekgarantie in 2011 € 46
• Rentevergoeding bouwdepot in 2011 € 38
• [G] levensverzekering € 191
• [H] , overlijdensrisico € 404
• [Q] woonverzekering € 205
• Onderhandse lening [C] , woningdeel € 11.330, rente 2011 € 689
Het totaal komt hiermee op € 1.573 extra aftrek voor de eigen woning.
De kosten NHG en rentevergoeding bouwdepot staan op het overzicht van [D] (bijlage 02) als zijnde kosten en bij mijn weten worden deze kosten altijd geaccepteerd. De onderhandse lening is ingezet voor de woning en is ook in 2010 geaccepteerd.
[G] , [H] en [Q] (te zien op bankafschriften in bijlage 07) zijn feitelijk inkomensverzekeringen, mocht ik komen te overlijden dan is de woning voor een deel afbetaald. Deze verzekeringen zijn ook door de hypotheekverstrekker verplicht gesteld in de hypotheekakte of als voorwaarde gesteld om de hypotheek te verkrijgen. Daarbij komt dat deze posten in 2010 ook zijn geaccepteerd en ik op basis van het vertrouwensbeginsel ervan uit kon gaan dat deze ook in 2011 zouden worden geaccepteerd.
De kosten voor de NBG/ [K] , kapitaalverzekeringen (€ 838) zie ik als een aflossing en de jaarbijdrage [J] (€ 10) is niet gekoppeld aan de hypotheekakte, maar aan de leveringsakte. Deze had ik daarom al niet meegenomen in de toelichting richting de heer [N] .
Op 4 januari 2017 heeft belanghebbende per mail het voorstel van [P] voor de afhandeling van het bezwaar betreffende het jaar 2011 geaccepteerd. De aanslag voor het jaar 2011 is bij uitspraak op bezwaar dienovereenkomstig verminderd.