Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
zij in of omstreeks de periode van 1 juli 2015 tot en met 31 augustus 2015
zij in of omstreeks de periode van 1 maart 2016 tot en met 31 maart 2016
De ontvankelijkheid van het openbaar ministerie
“Hoofdstuk 3. Handhaving
- ernstige overtredingen of
- herhaalde overtredingen, alsmede bij
- overtredingen begaan door een criminele organisatie of
- overtredingen begaan met behulp van frauduleuze constructies of
- overtredingen waarbij ingrijpende dwangmiddelen nodig zijn om de overtreding te kunnen vaststellen.
- stelselmatig gedrag,
- calculerend gedrag,
- crimineel gedrag,
- concurrentievervalsing.
- het is een overtreding met ernstige gevolgen voor mens, dier of milieu: dat wil zeggen de overtreding heeft ernstige gevolgen veroorzaakt voor mens, dier of milieu, dan wel dreigt die te veroorzaken;
- het is een overtreding begaan in georganiseerd verband;
- het is een overtreding begaan met behulp van malversaties zoals frauduleuze constructies, omkoping of geweld om wederrechtelijk voordeel te behalen of de kans op ontdekking te minimaliseren;
- het is de derde overtreding in een tijdsbestek van 5 jaar; dat wil zeggen herhaalde recidive binnen 5 jaar (…)”.
- op basis van het opsporingsonderzoek is duidelijk geworden dat het door verdachte op de markt gebrachte middel [middel 1] niet afkomstig was van dezelfde producent als het referentiemiddel [middel 2] . Met andere woorden: de middelen waren vermoedelijk niet identiek, maar verdachte bracht het middel [middel 1] wel op de markt door gebruik te maken van de reeds verleende toelating voor het middel [middel 2] (in de aanvraag voor de toelating van het middel [middel 1] zou verdachte verkeerde gegevens hebben vermeld). Dit heeft geleid tot het vermoeden van calculerend gedrag bij verdachte en het gebruikmaken van een frauduleuze constructie (dat wil zeggen het vermoeden dat verdachte een niet toegelaten middel op de Nederlandse markt heeft gebracht op basis van de verleende toelating voor het middel [middel 2] );
- nu het vermoeden bestond dat verdachte een niet toegelaten middel op de markt heeft gebracht waarvan onduidelijk was welke mogelijke schadelijke gevolgen het middel kon hebben, werd een potentieel gevaar in het leven geroepen voor mens, dier en milieu;
- nu het vermoeden bestond dat verdachte bewust gebruik heeft gemaakt van de reeds verleende toelating voor het middel [middel 2] en geen nieuw toelatingsdossier heeft laten samenstellen voor het middel [middel 1] heeft verdachte mogelijk kosten bespaard. Dit kan leiden tot concurrentievervalsing.
Bewijsoverwegingen ten aanzien van het onder 1 tenlastegelegde
zij volgens hetzelfde productieproces vervaardigd zijn door dezelfde onderneming, een verbonden onderneming of een onderneming die onder licentie werkt;
Bewezenverklaring
zij in
of omstreeksde periode van 1 juli 2015 tot en met 31 augustus 2015
/ofvijfde lid van de verordening (EG) 1107/2009
en/of met de ter uitvoering daarvan vastgestelde verordeningen,
, althans een gewasbeschermingsmiddel,
zij in
of omstreeksde periode van 1 maart 2016 tot en met 31 maart 2016
, althans een toegelaten gewasbeschermingsmiddel,
/of