Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 12 augustus 2017 te Tilburg opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 0,97 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende Cocaïne, zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
hij op of omstreeks 12 augustus 2017 te Tilburg [betrokkene] heeft mishandeld door (met kracht) met (gebalde) vuist/hand in/op/tegen het gezicht/gelaat althans hoofd danwel lichaam van die [betrokkene] heeft geslagen.
Vrijspraak van feit 2
Getuige [getuige 1] heeft bij de Koninklijke Marechaussee verklaard dat er vanuit de groep een jongen plotseling hard op verdachte kwam af stormen.
Op de camerabeelden die zijn gemaakt van het voorval is onder meer te zien dat er tussen aangever en verdachte oogcontact ontstaat, dat verdachte wegloopt van aangever, dat aangever iets naar verdachte gooit en vervolgens in diens richting loopt, dat verdacht omkijkt en zich omdraait en een slaande beweging in de richting van aangever maakt, wanneer aangever bij hem is aangekomen.
Bewezenverklaring van feit 1
of omstreeks12 augustus 2017 te Tilburg opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 0,97 gram,
in elk geval een hoeveelheidvan een materiaal bevattende Cocaïne, zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I,
dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.