Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
(zaaknummers rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht 1619207, 1619205 en 1619206)
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 20 juni 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de vonnissen van de rechtbank Midden-Nederland, waarbij drie vennootschappen, te weten Nassau Bolwerk Beheer B.V., Zuidervast Beheer II B.V. en Macéka Vastgoed Baarn B.V., op verzoek van RNHB B.V. in staat van faillissement zijn verklaard. De appellanten hebben verzocht deze vonnissen te vernietigen en RNHB te veroordelen in de kosten van beide instanties. Het hof heeft vastgesteld dat er summierlijk is gebleken van een vorderingsrecht van RNHB en dat de appellanten in de toestand verkeren dat zij hebben opgehouden te betalen. De curator heeft bevestigd dat er een bedrag beschikbaar is op de derdengeldenrekening van de advocaat van de appellanten, maar dat dit niet voldoende is om alle schulden en faillissementskosten te voldoen. Het hof heeft geoordeeld dat de faillissementen terecht zijn uitgesproken, aangezien de appellanten niet in staat zijn om hun schulden te voldoen en er sprake is van meerdere schuldeisers. Het hoger beroep is afgewezen en de eerdere vonnissen zijn bekrachtigd.