Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
(zaaknummers rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht 1619207, 1619205 en 1619206)
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 20 juni 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de faillietverklaring van drie besloten vennootschappen: Nassau Bolwerk Beheer B.V., Zuidervast Beheer II B.V. en Macéka Vastgoed Baarn B.V. Deze vennootschappen waren op verzoek van RNHB B.V. op 16 april 2019 door de rechtbank Midden-Nederland in staat van faillissement verklaard. Het hof heeft vastgesteld dat er summierlijk is gebleken van een vorderingsrecht van RNHB en dat de vennootschappen in de toestand verkeren dat zij hebben opgehouden te betalen. De curator heeft bevestigd dat de vennootschappen geen onroerend goed meer bezitten en dat er geen activiteiten meer plaatsvinden. Het hof heeft geoordeeld dat de faillietverklaring terecht is uitgesproken, aangezien de vennootschappen niet in staat zijn om hun schulden te voldoen. De vordering van RNHB is onderbouwd met financieringsovereenkomsten en een specificatie van de vorderingen. Het hof heeft de eerdere vonnissen bekrachtigd en het hoger beroep afgewezen, waarbij het hof geen aanleiding zag om RNHB in de proceskosten te veroordelen.