In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 23 januari 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep over de ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen de Vereniging Vluchtelingenwerk Nederland en een werknemer, aangeduid als [Geintimeerde]. De werknemer was werkzaam op de afdeling Expertise en had een langdurige arbeidsrelatie van bijna 19 jaar. De kantonrechter had eerder de ontbinding van de arbeidsovereenkomst afgewezen, omdat er geen redelijke grond voor ontbinding was vastgesteld. Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in hoger beroep opnieuw beoordeeld, waarbij het hof oordeelde dat er sprake was van een ernstig en duurzaam verstoorde arbeidsverhouding. Vluchtelingenwerk Nederland had onvoldoende inspanningen geleverd om de samenwerking te verbeteren en had niet voldaan aan de herplaatsingsverplichting. Het hof concludeerde dat de werknemer niet in een andere passende functie kon worden herplaatst, maar dat de werkgever niet voldoende had aangetoond dat herplaatsing niet mogelijk was. Het hof verwierp het hoger beroep van Vluchtelingenwerk Nederland en veroordeelde hen in de proceskosten van de procedure.