Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
Formele verweren
Inhoudelijk
“Heel lang geleden in 2007 of 2008 ben ik gepakt met hash. Daar is geld van over gebleven. Van dat geld heb ik de ontneming van 205.000 euro betaald. Er bleef een ton over ongeveer. Voor de rest heb ik altijd gewoon geld verdiend met goud, briljanten, met auto’s en antiek. Maar ook met het omwisselen van geld. Ik bedoel hiermee het omwisselen van buitenlandse valuta tegen euro’s.”
de onder feit I genoemde kluizen zijn daar in mijn opdracht door [getuige 1] geplaatst. Het geld, goud en de horloge die in de kluizen zijn aangetroffen behoren aan mij toe. De onder II genoemde ontnemings-vordering en de onder IIIa en b genoemde auto’s zijn door mij betaald. Dit geldt ook voor de woning aan de [adres 1] en de inrichting van die woning, zoals onder IV is ten laste gelegd.
Door mij verbalisant werden de geluidsbestanden van de OVC uitgeluisterd en uitgewerkt. Hierbij werd het volgende vastgelegd d.d. 24-01-2014:
De derde keer was in het appartementje waar [naam 9] woonde, [adres 4].” (p.7033);
“Toen ik [verdachte] vertelde dat deze kluis klaar was, was [medeverdachte 1] daarbij. Ze beschikten samen over de sleutel.”(p. 7037);
“ [naam 5] wist dat het door [verdachte] en [medeverdachte 1] gebruikt zou worden. Omdat [verdachte] en [medeverdachte 1] overleg met haar hebben gehad om de kluis te plaatsen en ze was erbij toen ik het plaatste. Ik heb het [verdachte] mede gedeeld dat de kluis klaar was, waar [medeverdachte 1] bij aanwezig was.”(p. 7038);
: “Hij (het hof begrijpt: verdachte) kwam nooit alleen, met [medeverdachte 1] kwam hij denk ik 1 keer per week ofzo”(p. 8354).
Ik woon op de [adres 7] te [plaats] . Ik neem aan dat de kluis daar zat om geld of juwelen te verstoppen. Er heeft eerst een wasmachine bovenop gestaan om het gat onzichtbaar te maken. Later is de vloerbedekking erover heen gekomen en is er een kunststof kast op gezet.
Ik woon op de [adres 7] te [plaats] . Ik wist dat er een kluis was. Ik ging er van uit dat er geld in zat. Ik heb wel eens met [betrokkene] het er gekscherend over gehad dat ons huis meer waard was geworden omdat er een kluis met geld in ons huis was.
“Er zaten 100, 200, en 50jes bij”, nu deze verklaring in strijd is met het onder 2 opgenomen bewijsmiddel.
“Uit de door de Gemeentelijke basisadministratie van de gemeente [gemeente] verstrekte gegevens (d.d. 15 januari 2014) blijkt dat met ingang van 12 september 2012, op het adres [adres 1] te [plaats] staan ingeschreven; [verdachte] , geboren [geboortedatum 1] 1966 te [geboorteplaats] , zijn echtgenote, [medeverdachte 1]
- zakelijk weergegeven - :
Ik weet dat [naam 8] een berichtje stuurde via zijn telefoon naar [verdachte] (het hof begrijpt: verdachte). Het was een Blackberry met encryptie communicatie. Dat heeft [verdachte] mij verteld. [verdachte] vertelde ook dat die telefoons gelijk na die tijd zijn weggegooid.