In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de Inspecteur van de Belastingdienst tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland, waarbij een naheffingsaanslag in de motorrijtuigenbelasting en een boete aan belanghebbende zijn opgelegd. De belanghebbende, houder van een Renault 5 GTD sedan, had geen APK-keuring aangevraagd en meende ten onrechte dat hij vrijgesteld was van belasting tijdens de schorsing van het kenteken. De rechtbank had de naheffingsaanslag ongegrond verklaard, maar de boete vernietigd. De Inspecteur ging in hoger beroep, waarbij de belanghebbende niet verscheen op de zitting. Het Hof oordeelde dat de boete terecht was opgelegd, omdat de belanghebbende tijdens de schorsing van het kenteken gebruik had gemaakt van de openbare weg zonder een keuringsbewijs aan te vragen. Het Hof bevestigde de uitspraak van de Inspecteur en vernietigde de uitspraak van de rechtbank, waarbij het belanghebbende niet was toegestaan om de boete te laten vervallen. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 28 mei 2019.