Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in het principaal hoger beroep,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep betreffende de wijziging van kinderalimentatie. De man, verzoeker in het principaal hoger beroep, heeft grieven ingediend tegen de beschikking van de rechtbank Overijssel van 20 juli 2018, waarin zijn alimentatieverplichting voor de kinderen is verlaagd. De vrouw, verzoekster in het incidenteel hoger beroep, heeft ook grieven ingediend met betrekking tot de draagkracht van de man. De ouders hebben samen twee kinderen, [kind 1] en [kind 2], en de vrouw heeft ook twee dochters uit een eerdere relatie. De rechtbank had eerder bepaald dat de man € 205,- per kind per maand moest betalen, maar dit bedrag werd later verlaagd naar € 63,- per kind per maand. De man verzoekt de alimentatie te verlagen naar € 25,- per kind per maand, terwijl de vrouw verzoekt om een verhoging naar € 104,- per kind per maand. Het hof oordeelt dat de vrouw stilzwijgend heeft ingestemd met de lagere bijdrage die de man heeft betaald tussen oktober 2013 en oktober 2017. Het hof wijzigt de alimentatie over deze periode naar de bedragen die de man feitelijk heeft betaald. Voor de periode vanaf 1 januari 2018 wordt de alimentatie vastgesteld op € 63,- per kind per maand. De proceskosten worden gecompenseerd, en het hof wijst het meer of anders verzochte af.