Uitspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
22 januari 2019
erven [X]te
[Z](hierna: belanghebbenden)
inspecteurvan de
Belastingdienst/kantoor Utrecht(hierna: de Inspecteur)
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, gaat het om een hoger beroep van de erven [X] en [Z] tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 14 februari 2018. De rechtbank had eerder een navorderingsaanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (IB/PVV) voor het jaar 2010 opgelegd, alsook een beschikking inzake de heffingsrente. Tijdens de zitting op 17 januari 2019 hebben partijen een compromis bereikt. De Inspecteur heeft toegezegd de navorderingsaanslag te vernietigen en de partijen hebben afgesproken dat de navorderingsaanslag en de heffingsrente gezamenlijk vastgesteld worden op een totaalbedrag van € 99.584. Het Hof heeft het hoger beroep gegrond verklaard en de uitspraak van de rechtbank vernietigd. Tevens heeft het Hof de Inspecteur veroordeeld in de proceskosten van de belanghebbenden, die zijn vastgesteld op € 5.112. De beslissing is op 22 januari 2019 openbaar uitgesproken, en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden.