ECLI:NL:GHARL:2019:4066

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
7 mei 2019
Publicatiedatum
9 mei 2019
Zaaknummer
200.241.292
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herstelarrest inzake pachtkwestie tussen Stichting Het Gelders Landschap en geïntimeerde

In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden diende, betreft het een herstelarrest in een pachtkwestie. De zaak is aanhangig gemaakt door de Stichting Het Gelders Landschap, gevestigd te Arnhem, die in hoger beroep ging tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. De appellante, vertegenwoordigd door advocaat mr. D.M.H.M. van Dijk, was in eerste aanleg gedaagde. De geïntimeerde, die in eerste aanleg eiser was, werd vertegenwoordigd door advocaat mr. M.B.J. Thijssen.

Het hof heeft op 19 maart 2019 een arrest gewezen, maar constateerde later dat er een fout was gemaakt in de vermelding van de deskundige leden die het arrest hadden medegewogen. In plaats van B.Th.W. Lamers, was het ir. H.B.M. Duenk die de zaak mede had gewogen. Het hof heeft besloten deze fout te corrigeren, waarbij de wijziging op de minuut werd aangebracht. De datum van uitspraak blijft ongewijzigd.

De uitspraak van het hof, die op 7 mei 2019 openbaar werd gemaakt, werd gedaan door de rechters Th.C.M. Willemse, H.L. Wattel en D. de Witte, samen met de deskundige leden ir. W.G. Nijlant en ir. H.B.M. Duenk. Het hof heeft bevestigd dat het arrest, met uitzondering van de correctie, in stand blijft.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Arnhem
afdeling civiel recht, handel
zaaknummer gerechtshof 200.241.292
(zaaknummer rechtbank Gelderland 5546372)
beslissing van de pachtkamer ex artikel 31 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van 7 mei 2019
in de zaak van
de stichting
Stichting Het Gelders Landschap,
gevestigd te Arnhem,
appellante,
in eerste aanleg: gedaagde,
hierna: Het Gelders Landschap,
advocaat: mr. D.M.H.M. van Dijk,
tegen:

[geïntimeerde] ,

wonende te [woonplaats] , gemeente [gemeente] ,
geïntimeerde,
in eerste aanleg: eiser,
hierna: [geïntimeerde] ,
advocaat: mr. M.B.J. Thijssen.
Het hof heeft in deze zaak op 19 maart 2019 arrest gewezen.
Het hof heeft na het wijzen van dit arrest geconstateerd dat abusievelijk is vermeld dat het deskundig lid B.Th.W. Lamers het arrest heeft mede gewezen. Dit is onjuist. Het deskundig lid ir. H.B.M. Duenk heeft de zaak mede gewezen. Dit deskundig lid was ook ter zitting aanwezig.
Het hof bepaalt dat waar B.Th.W. Lamers staat dit wordt gewijzigd in ir. H.B.M. Duenk.
Deze verbetering wordt aangebracht op de minuut.
Voor het overige blijft het arrest, ook wat betreft de datum van uitspraak, geheel in stand.
Dit arrest is gewezen/gegeven door mrs. Th.C.M. Willemse, H.L. Wattel en D. de Witte en de deskundige leden ir. W.G. Nijlant en ir. H.B.M. Duenk en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 7 mei 2019.